Wat is er mis met de klassieke bordspellen?
Er zijn een heel aantal klassieke bordspellen die bijna iedereen kent. Denk bijvoorbeeld aan Monopoly en Risk. De meeste van deze klassieke bordspellen verschillen op een aantal punten sterk van de spellen die tegenwoordig bedacht en uitgegeven worden. In welk opzicht onderscheiden de nieuwe lichting bordspellen zich van deze klassiekers? En waarom vinden veel kenners de klassieke bordspellen niet langer de moeite waard?
Wie heeft er in zijn jeugd niet de klassieke bordspellen gespeeld, zoals Monopoly, Ganzenbord, Risk of Mens-erger-je-niet. Dit zijn spellen met relatief eenvoudige regels en daardoor geschikt voor kinderen. Op die manier wordt er door veel mensen naar gekeken: bordspellen zijn leuk voor kinderen, maar pubers of volwassen zijn er te oud voor.
Sinds een jaar of vijfentwintig zijn er veel nieuwe bordspellen verschenen. Vooral de afgelopen tien tot vijftien jaar is dit een groeiende markt, met veel nieuwe ontwerpers en uitgevers. Deze nieuwe spellen zijn veelal bedoeld voor een leeftijd vanaf tien jaar. Hierbij kun je denken aan spellen als Ticket To Ride, Kolonisten van Catan, Carcassonne, Boonanza, Dominion, Koehandel en Take 5. Hieronder gaan we kijken naar de mankementen van deze klassiekers. Daarbij nemen we steeds Monopoly, Risk en Ganzenbord om deze punten te illustreren.
Minpunten
Er zijn een aantal belangrijke minpunten te onderscheiden aan de genoemde klassieke bordspellen:
- Te langdradig
- Hoge geluksfactor
- Gebrek aan interessante keuzes en strategie
- Speler eliminatie
Te langdradig
Risk en Monopoly kunnen erg lang duren, maar dat is ook weer sterk afhankelijk van hoe het spel verloopt. De meeste van ons herinneren wel de potjes Monopoly waar maar geen eind aan kwam. En een potje Risk bijvoorbeeld kan gemakkelijk meer dan vier uur duren, maar het kan soms ook in anderhalf uur voorbij zijn. Die variabele maar potentieel lange lengte nodigt niet uit een spel te gaan spelen. Je weet nooit of je genoeg tijd hebt om het af te maken. Daarnaast verliezen een hoop mensen na een uur of twee hun interesse en willen vooral dat het spel klaar is. Dit is natuurlijk de tegenovergestelde emotie die je van een bordspel wil.
Hoge geluksfactor
In de meeste bordspellen speelt een geluksfactor mee. Het probleem bij spellen als monopoly en ganzenbord is dat deze geluksfactor erg hoog is. Vooral ganzenbord is puur geluk. Je gooit een dobbelsteen en je hoopt er het beste van. De enige keuze die je moet maken is de kleur van het pionnetje. In Monopoly is het niet zo extreem, maar ook daar is de geluksfactor erg hoog.
Gebrek aan interessante keuzes en strategie
Ook een gebrek aan keuze en vrijheid in verschillende strategieën en tactiek zijn een minpunt. Zoals gezegd is Ganzenbord puur geluk en is er helemaal geen interessante keuze te maken. In een spel als Monopoly is meer te kiezen, maar ook dan is het nog redelijk beperkt. Bij het ruilen van straten is de eigen invloed groot, maar vergeleken bij een compleet potje is dat in tijd uitgedrukt maar een klein deel van het spel. In Risk is er wel veel meer te kiezen. Maar te vaak komt het voor dat een speler in een kansloze situatie zit en de keuzes eigenlijk niet zo boeiend zijn. En wat ook vaak gebeurt, is dat er wel keuzes te maken zijn, maar dat er eigenlijk maar één goede optie te kiezen valt.
Speler eliminatie
Zowel in Risk als Monopoly is er een kans dat een speler uit het spel gaat. Bij Monopoly is dat zelfs het doel: Er moet één speler overblijven die alles bezit. Als je dan met vier of vijf spelers begint, betekent dit dat een aantal speler gedurende het spel niet langer meer mee doen. Ook bij Risk komt dit voor. Als het potje dan vervolgens nog anderhalf uur duurt, voordat het afgelopen is, heeft een speler dus al die tijd niets anders te doen dan toekijken. Ook dat is eigenlijk het tegenovergestelde van het idee gezellig met elkaar een leuk spel te spelen.
Combinatie van deze factoren
Vooral een combinatie van bovenstaande factoren is erg vervelend. Naarmate een spel langer duurt, moet de geluksfactor eigenlijk kleiner worden.
Een goed voorbeeld is Risk: Als op een gegeven moment een potje al drie uur duurt, terwijl de einduitslag afhangt van een paar cruciale dobbelsteen worpen, dan kan dat veel frustratie opleveren. Al die gemaakte keuzes en uitgestippelde strategie worden soms teniet gedaan door puur geluk. Ook aan het begin van een potje Risk speelt geluk een te grote rol: de gebieden worden initieel willekeurig verdeeld over de spelers. Als je als speler het geluk hebt om twee of zelfs drie van de gebieden van het continent Australië te krijgen, dan heb je een enorm voordeel. Het is dan zaak om het hele continent in te nemen en zeker te stellen dat je het niet meer kwijt raakt. Vervolgens heb je dan een voordeel dat vaak op de lange termijn de winst oplevert. Met de nadruk op lange termijn, want zo'n potje duurt vaak nog steeds meerdere uren.
Ook dat laatste is een probleem: De winnaar is eigenlijk al bekend terwijl het nog lang duurt voordat het spel echt klaar is. Dit is ook bij Monopoly het geval. Uiteraard kan het spel dan eerder afgebroken worden, maar dat levert soms weer discussie op en maakt bovendien een wat vreemd einde aan het spel.
Moderne bordspellen
In de moderne bordspellen komen bovenstaande problemen meestal niet voor, doordat er op verschillende manieren rekening mee gehouden is.
Speelduur
De lengte van deze bordspellen zijn vaak beperkt en op voorhand bekend. De spellen zijn zo ontworpen dat het einde min of meer vastligt en afhangt van bepaalde factoren. Een paar voorbeelden:
- Bereiken bepaald aantal punten (Kolonisten van Catan; Dominion)
- Vast aantal rondes (Take 5, Chinatown)
- Opraken van bepaalde spelelementen (treintjes in Ticket To Ride; speeltegels in Carcassonne; vrije dieren in Koehandel)
Geluksfactor
De geluksfactor is over het algemeen veel kleiner in de moderne bordspellen. Er is meestal wel een bepaalde portie geluk, maar niet in zo'n mate dat het hele spelverloop erdoor wordt bepaald. Zo worden er vaker niet dan wel dobbelstenen gebruikt. Dit terwijl de dobbelsteen voor veel mensen symbool staat voor bordspellen. Daar staat dan wel tegenover dat iemand met meer ervaring in het spel, vaak beter eindigt. Er wordt in deze bordspellen rekening gehouden met de balans tussen speelduur en geluk. Een kort spelletje mag wat meer geluk bevatten, zonder het spel te bederven. Duurt een spel twee uur, dan moet de uitkomst in sterkere mate afhangen van de keuzes die de speler hebben gemaakt. In dat opzicht bevindt een spel als schaken zich aan het andere uiterste van het geluks-spectrum Bij schaken speelt geluk geen rol en komt het alleen aan op de kwaliteit van de speler. Dat zorgt ervoor dat een zwakkere speler vaak kansloos is. De betere moderne bordspellen proberen een goede balans te vinden tussen geluk en spelerskeuzes.
Spelers eliminatie
In de meeste moderne bordpellen bestaat speler eliminatie niet. Iedereen speelt door tot het einde van het spel. Meestal moet op het einde van het spel de eindscores nog bepaald worden, op basis van hoe spelers ervoor staan op het bord. Een deel van deze informatie is gedurende het spel soms niet bekend, waardoor er een onzekerheidsfactor aanwezig is. Dit zorgt er dan weer voor dat ook tijdens het spel niet helemaal duidelijk is hoe het er precies voor staat. Dat heeft als positief effect dat spelers minder het gevoel krijgen dat 'het toch niks wordt' en ze net ze goed kunnen stoppen.
Conclusie
Zoals gezien is er het één en ander aan te merken op spellen als Monopoly, Risk en Ganzenbord. Het gaat wellicht wat te ver om te zeggen dat er echt iets mis is met deze spellen, maar de genoemde punten zijn wel redenen waardoor men vaak geen zin heeft om deze spellen te spelen. Vooral mensen die geen ervaring hebben met spellen waar die problemen niet voorkomen, scheren dan begrijpelijkerwijs alle spellen onterecht over dezelfde kam. Gelukkig zijn de moderne bordspellen de afgelopen jaren aan een opmars bezig en vinden ze steeds vaker de weg naar de eettafel. Tegenwoordig zijn ook bij grote speelgoedzaken als de Bart Smit en Intertoys deze spellen te vinden.
Lees verder