Koehandel: bied met boerenverstand
Koehandel is een hilarisch en heerlijk eenvoudig spel: spaar kwartetten van dieren van de boerderij, en zet daarbij je geld (en overbodige dieren) slim in. Het is snel te leren, en de gevorderde speler gebruikt bluf, tactiek en sluwheid om zoveel mogelijk punten te verzamelen. Wie houdt wie voor de gek?
Aantal spelers: 3 tot 5
Leeftijd: vanaf 10 jaar
Speelduur: zo’n 15 tot 30 minuten
Doel van het spel
Je wilt zoveel mogelijk dierkwartetten verzamelen met een zo hoog mogelijke waarde. De waarde van de dieren is van belang, maar ook het aantal kwartetten is van grote invloed op de eindtelling. Je koopt de dieren door de aankoop op de veiling of door te (koe)handelen met een tegenstander.
Materiaal
40 dierkaarten (10 kwartetten met ieder een verschillende waarde)
55 geldkaarten (met een waarde die varieert van 0 tot 500).
Voorbereiding
- De dierenkaarten moeten heel goed worden geschud en gedekt op tafel worden gelegd
- Leg het ‘ezelgeld’ klaar
- De spelers beslissen wie er begint
- Iedere speler ontvangt zijn startkapitaal: 2 x 0, 4 x 10, 1 x 50
- De geldkaarten hou je in je hand; het is van belang dat je medespelers niet weten hoeveel geld je hebt.
Spelverloop
Wie aan de beurt is heeft steeds twee mogelijkheden:
- het veilen van de bovenste kaart, of
- een koehandel aangaan met een medespeler (als een medespeler een zelfde dierkaart bezit).
1. Veilen
De speler die aan de beurt is, is de veilingmeester. Hij draait de bovenste dierkaart om. Alle andere spelers mogen, met de klok mee, een bod uitbrengen dat het vorige bod overtreft. De veilingmeester mag zelf niet meebieden.
Als er niet meer wordt geboden, krijgt de hoogste bieder de dierenkaart, en betaalt hij het geboden bedrag aan de veilingmeester. Maar: de veilingmeester mag er ook voor kiezen zelf het dier te kopen voor het geboden bedrag. In dat geval betaalt de veilingmeester het bedrag aan de hoogste bieder.
Als niemand biedt neemt de veilingmeester de dierkaart gratis.
Gepast betalen, en anders pech
Er wordt niet gewisseld. Wie niet gepast kan betalen, moet een hoger bedrag betalen.
De ezel brengt geld in het spel
Als een speler de ezel omdraait, komt er extra geld uit de kas in het spel.
- De 1e keer krijgt iedereen 50
- De 2e keer 100
- De 3e keer 200
- De 4e keer 500.
Nadat iedereen zijn geld heeft ontvangen wordt de ezel, net als alle andere dieren, geveild.
2. Koehandel
Als twee spelers dezelfde dierkaart hebben, mag de speler die aan de beurt is aan een andere speler (naar keuze, als er meer zijn) een koehandel aanbieden door dat dier aan te wijzen. De speler die aan de beurt is, biedt een bedrag door één of meer geldkaarten blind op tafel te leggen. Bluffen mag! En denk erom: er zitten ook nullen in het spel.
De tegenstander kan het geld nemen en zijn dier afstaan. Of hij kan een tegenbod op tafel leggen (blind). Wie het meeste geld heeft geboden krijgt de dierenkaart. Beide spelers houden het geboden geld. Het kan dus zo zijn dat iemand een duur paard wint met maar 10 verschil. De koehandel is hiermee beëindigd.
Is het bod en tegenbod even hoog?
In dat geval moeten dezelfde spelers nog een keer op hetzelfde dier bieden. Met variatie graag.
Meteen twee dieren
Als beide spelers van de koehandel 2 kaarten van hetzelfde dier hebben, wordt op de 2 dieren tegelijk geboden. Eén van de spelers heeft dan dus meteen het kwartet compleet.
Als de dierkaarten op zijn
Als er geen dierkaarten meer zijn om te veilen, wordt er alleen nog gehandeld. De speler die alleen nog kwartetten bezit, kan niet meer handelen.
Eind van het spel
Als alle dierkwartetten compleet zijn is het spel afgelopen. De waarde van een dier is de waarde van het complete kwartet (4 varkens zijn samen 650 punten). Het aantal punten wordt vermenigvuldigd met het aantal kwartetten. Het speelgeld heeft geen waarde meer.
Wie de meeste punten heeft, is winnaar.
Variant: verkorte versie
Als je het spel sneller (en anders) wilt spelen, kun je ervoor kiezen steeds twee kaarten om te draaien, zodat er steeds twee dieren tegelijkertijd worden geveild.
Koehandel in de klas: leren over inflatie
Het spel heeft veel economische elementen in zich; de prijzen van de dieren komen tot stand via het principe van vraag en aanbod. Er zijn economieleraren die het spel tijdens de les inzetten om leerlingen het begrip (bestedings)inflatie bij te brengen. Het toevoegen van geld (als er een ezel wordt getrokken) zorgt ervoor dat de geboden bedragen gedurende het spel behoorlijk oplopen.
Ten slotte
Het is een leuk spel als je van bluffen houdt. Omdat er ook nullen in het spel zijn, is het moeilijk in te schatten wat er geboden wordt bij de koehandel.
Ook als je zelf niet aan de beurt bent, doe je mee. Je biedt mee, je bedenkt hoever je wilt gaan en wie er aan het bluffen is.
Strategisch is het ook: bied je veel geld voor een duur dier, of kies je ervoor om meerdere kwartetten te verzamelen van minder punten?
Het is een grappig spel om te zien; de dieren zijn met veel humor getekend. De doos is compact.
Een amusant en gezellig tussendoorspel dat zijn kracht haalt uit de eenvoud.