recensieBoekrecensie: De archeoloog (door Liesbet Slegers)
Een verhelderend informatief boek voor kleuters over de archeoloog. Het boek kwam tot stand door samenwerking met het Vlaams Instituut voor het Onroerend Erfgoed, ACE (Archaeology in Contemporary Europe) en het Culture Programme van de Europese Commissie. Liesbet Slegers heeft het verhaal geschreven en de illustraties gemaakt. Het boek is geschikt voor kinderen vanaf ongeveer vier jaar, je betaalt rond de 12 euro voor dit boek.
Gegevens van het boek
- Titel: De archeoloog
- Tekst: Liesbet Slegers
- Illustraties: Liesbet Slegers
- Uitgeverij: Clavis Amsterdam-Hasselt
- Jaar: 2010
- Pagina’s: 27
- ISBN: 978 90 448 1380 7
- Genre: kinderboek, prentenboek
- Prijs: rond de 12 euro
Liesbet Slegers
Liesbet is geboren in 1975 te Geel (België). Ze is grafisch vormgever en illustrator. Liesbet Slegers heeft toegepaste grafiek en illustratie gestudeerd aan de Sint-Lucas Hogeschool in Antwerpen. Ze schrijft en illustreert boeken voor jonge kinderen (baby’s, peuters, kleuters). De verhalen die ze schrijft zijn eenvoudig, haar tekeningen ogen heel vrolijk door de felle kleuren.
Het verhaal
Het is boeiend om te weten hoe het vroeger was. De archeoloog zoekt dit voor ons uit. De archeoloog zoekt naar oude voorwerpen zoals een houten lepeltje, een scherf van een vaas en graaft ze op. Als een archeoloog op onderzoek uitgaat dan draagt hij of zij makkelijke kleren. Een jasje of een broek met veel zakken, daar kunnen allerlei spullen in zoals een potloodje, een truweel. Omdat een archeoloog buiten werkt is het ook handig om stevige schoenen of laarzen te dragen. Verder nog een regenjas en een helm.
De bovenste grondlaag wordt door een graafmachine weggehaald. Daarna graaft een team van archeologen met schop en truweel verder. Dat moet heel voorzichtig gebeuren want misschien zit er wel iets breekbaars in de grond. Als de archeoloog iets vindt dan wordt dat in een bakje of zakje gestopt. Met een vouwmeter wordt gemeten waar iets precies in de grond heeft gezeten en die plaats wordt op een plan getekend. Er wordt steeds dieper de grond ingegaan, de archeologen zien verschillende donkere en lichte bruine kleuren, dat zijn sporen. Die sporen worden gemeten en bij elk spoor wordt een bordje in de grond gestoken. Ook de sporen worden op het plan aangeduid. Als er iets gevonden wordt (in het verhaal een kroon) dan wordt er een foto van het voorwerp gemaakt. Het wordt schoongeborsteld, kleine spulletjes gaan in plastic zakjes, grote voorwerpen gaan in emmers of bakken. Bij elk voorwerp wordt een kaartje gestopt met daarop waar het precies gevonden is. Hoe meer voorwerpen er gevonden worden, hoe meer de archeologen te weten komen over hoe ze vroeger leefden op een plek. Het verhaal over vroeger tikt de archeoloog in op de computer. Een archeoloog zoekt niet alleen op het land maar ook wel eens in de zee. In een museum kun je spullen van vroeger bekijken.
De tekst en de illustraties
Aan de afbeelding op de voorkaft kan een kind waarschijnlijk nog niet zien waar dit boek over zal gaan. Je ziet een mevrouw in werkkleding met in haar ene hand een vouwmeter en in haar andere hand een schop. De titel De archeoloog zal een jong kind waarschijnlijk ook nog niet veel zeggen. Op de groene achterkaft staat in het kort waar het verhaal over gaat. In het boek tref je op iedere linkerpagina een klein plaatje aan en daaronder tekst, een regel of zes tot acht. Op iedere rechterpagina vind je een paginavullende illustratie. Liesbet Slegers heeft felle frisse kleuren gebruikt, ook voor de achtergrond. Er is genoeg te zien op de tekeningen, leuk om een kind te laten benoemen wat het allemaal ziet. De tekst is goed te volgen voor een kleuter, het zijn korte zinnen, niet veel moeilijke woorden. Jonkvrouw, truweel en schaftwagen moest ik uitleggen.
Een fragment
De archeoloog weet een boeiende plek waar ze mag graven. Eerst zoekt ze op kaarten en in boeken of daar ooit iets gevonden is. En of er vroeger een gebouw stond. Ze gaat de plek grondig bekijken. Een heleboel mensen gaan mee om haar te helpen. Al het materiaal dat ze nodig hebben, nemen ze mee. Eerst komt de graafmachine, die de bovenste laag grond wegschept. Daarna kunnen ze met schoppen de aarde beginnen weg te halen.
Stop zelf iets in de grond voor later!
Na het verhaal volgen twee pagina’s met daarin de leuke tip om zelf iets in de grond te stoppen voor later.
In zes stappen kan een kind deze opdracht uitvoeren:
- Zoek een kistje of een doosje waar geen water in kan komen en versier het als een schatkist.
- Stop er leuke spulletjes in die voor jou waardevol zijn maar die je wel moet kunnen missen, bijvoorbeeld een knutselwerkje, een foto. Schrijf je naam op de doos.
- Graaf een diepe kuil met een schop.
- Stop je schatkist in de kuil.
- Schep de aarde terug in de kuil, boven op de schatkist.
- Plant wat plantjes op de plaats waar de schatkist ligt, dan kun je de plek later nog herkennen. Misschien vind een archeoloog ooit jouw schat!
Voor welke leeftijd
Een leuk voorleesboek voor kinderen vanaf drie jaar tot een jaar of vijf/zes. Een kind van drie zal misschien niet de hele tekst kunnen volgen, maar je kunt het ook in eigen woorden vertellen en de plaatjes maken ook heel veel duidelijk. Voor een kleuter is de tekst prima te volgen.
Mijn mening
Wat een leuk boek! Aan de hand van de tekst en de mooie en duidelijke illustraties kun je aan een jong kind heel goed uitleggen wat een archeoloog is en wat zijn of haar werkzaamheden zijn. Leuk om samen met je kind iets in de grond te stoppen voor later.