Beginnen met analoge fotografie
Je hebt het gevoel dat je in de digitale fotografie wat mist; een stukje ervaring, handwerk, gevoel. Misschien mis je de romantiek van het ontwikkelen en afdrukken van film. De spanning van het ophalen van je vakantiefoto's van de fotograaf, de glanzende foto's in je handen, het is allemaal niet meer. Waarom niet opnieuw beginnen aan analoge fotografie? De vraag is dan; welke camera is voor jou de beste keuze? En welke film geeft je direct een voorsprong op je digitale concurrent?
Het begint natuurlijk met de camera. Net als bij de keuze voor een digitale camera stel je jezelf hier de vraag; wat wil ik ermee doen? Wat vind je belangrijk aan een camera; moet hij oud, nieuw, licht, zwaar, geavanceerd, eenvoudig, duur of goedkoop zijn? En wat voor rol wil je er in laden, een 35mm of een 120 film, misschien zelfs een 220 groot formaat film? Een noot vooraf; houd er rekening mee dat bij veel analoge camera's die op leeftijd zijn wel eens iets niet helemaal functioneert, dat hoort er bij.
Een aantal typen analoge camera's, met hun voor- en nadelen. Eerst de spiegelreflexcamera en de lenzen die je daarbij kunt kiezen, daarna de compact camera, de camera's met midden- of grootformaat film en camera's voor lomografie.
De spiegelreflexcamera: kiezen van de camera (35mm)
De meest bekende en gebruikte analoge camera is de spiegelreflexcamera (SLR). De uitwisselbare lenzen en het efficiënte, betrouwbare ontwerp kwamen in deze camera samen met betaalbaarheid; een formule voor succes. De modernere analoge SLR's hebben veel gelijkenissen met de huidige digitale SLR's (DSLR's). Toch is er tussen de jaren '90 en pakweg 2005 een hoop veranderd. Veel camerafabrikanten gingen in de omwenteling naar digitalisering ten onder, anderen kwamen er juist als winnaars uit. In het analoge tijdperk waren Canon en Nikon al groot, maar andere merken als Pentax, Praktica, Yashica, Olympus, Agfa, Fuji en Minolta waren toen ook grote spelers op de markt. Veel van deze merken zijn tegenwoordig niet meer actief in de productie van spiegelreflexcamera's, wat overigens niet betekent dat ze helemaal zijn gestopt in de grafische sector. Ook in het analoge tijdperk waren er talloze innovaties, die de camera gebracht hebben bij het volledig geautomatiseerde werk van de jongste generatie analoge SLR's. Een overzicht van de eigenschappen van SLR camera's uit de verschillende tijdperken.
Uitvinding: 'de Spiegelreflexcamera'
Al in de 19e eeuw werd een patent aangevraagd op de techniek van de spiegelreflexcamera. Begin jaren '50 waren het onder andere Praktica (DDR) en Pentax (Jap) die met innovatieve nieuwe camera's de markt betraden. In 1959 volgden de huidige reuzen Nikon en Canon met hun modellen. De eerste SLR modellen moesten nog volledig handmatig worden bediend, in je uitrusting mocht een losse lichtmeter niet ontbreken. Anno 2015 zijn er nog een hoop oude meters te koop, maar er zijn ook duurdere en accurater digitale alternatieven op de markt.
De jaren 50: primitief
Voorbeelden van camera's uit de jaren '50 zijn de Canonflex, de Nikon F, de Asahiflex van Pentax, of de goedkopere Praktica FX-serie. Het zal nog niet meevallen van deze modellen een tweedehands exemplaar te vinden, de productie was nog niet zo groot als van latere modellen. Een noot voor alle 'oudere' camera's; vaak zijn de light seals, de schuimrubberen afdichtingen die onder andere aan de boven en onderkant van de achterwand zitten geplakt, vergaan. Dat veroorzaakt lichtlekkage, waardoor je foto's mislukken. Er zijn op internet allerlei methoden te vinden om dit te verhelpen
De jaren 60: lichtmeten
In de loop van de jaren '60 kwam een belangrijke update op de markt, de onboard lichtmeter, met even later het LTL metering systeem (Light Through Lens metering). Dit wijzertje in de zoeker geeft aan of je goed belicht of niet en maakt de losse lichtmeter overbodig. Met een los te bedienen schuifje kan je het diafragma en je lichtmeter activeren. Je moet de belichting en de scherpstelling wel nog even instellen.
Een leuk alternatief komt van Praktica, het bedrijf dat in 1964 hun eerste LTL camera lanceerde, de Praktica Nova. Praktica's zijn spotgoedkoop, plomp en met een vrij primitief sluitersysteem. Handig is dat er enorm veel van zijn gemaakt, waardoor ze ook nog in de jaren '10 veel beschikbaar zijn en tegen een lage prijs. Een duurdere camera uit die tijd kwam van Pentax, zoals de Spotmatic, een mooie, kwalitatieve, klassieke camera. Een camera die indertijd veel werd gebruikt door professionals, een fijn stukje techniek dus! En wat te denken van de Canon F-1? Het bedrijf schopte de markt in 1971 helemaal overhoop met hun nieuwste model, die nieuwe elektronische functies had, zoals een automatische shutter priority mode (sluiter modus).
De jaren 70: automatisering van de SLR
Tegen 1974 waren de grote camerafabrikanten in twee kampen verdeeld, met o.a. Canon, Konica en Ricoh die de sluiter prioriteit modus aanboden (jij kiest het diafragma, de camera de sluitertijd) en Pentax, Fujica, Minolta, Nikon en Yashica in het kamp van de apperature priority mode, waarbij de camera zelf het diafragma kiest. Het vormde de opmaat voor meer elektronische snufjes.
Fijn aan dit soort camera's is dat ze een lust zijn voor het oog en dat ze zijn voorzien van een zware bouwkwaliteit. Er is veel handwerk bij te verrichten, wat zowel opgevat kan worden als een voordeel als een nadeel. Praktisch gezien is verder vooral het sluitersystemen interessant, er waren verschillende typen in omloop en de een zal je misschien beter liggen dan de andere. Onder andere Pentax, Praktica en Ricoh delen de M42 schroefdraad, waardoor de lenzen uitwisselbaar zijn.
De jaren 80: volledige automatisering
Het was begin jaren '80 toen de volgende revolutie zich aandiende: de introductie van de AE modus (Automatic Exposure). Met deze nieuwe functie was het mogelijk de camera zowel de sluitertijd als het diafragma te laten bepalen. De eerste camera met die functie was de Pentax ME (1981). Andere grote fabrikanten volgden, zoals Canon met de AE, Minolta met hun XD-11 en Nikon met de F3AF. Ook werd in deze serie de autofocus geïntroduceerd. Uiteraard kun je met deze camera's nog steeds handmatig focussen en handmatig je diafragma en sluitertijd instellen.
Voordelen zijn de zware bouwkwaliteit, dit in tegenstelling tot de moderne analoge camera's. Ook kan het fijn zijn dat deze camera's nog niet zo heel oud zijn, i.v.m. slijtage door ouderdom. Hun automatische instellingen bieden wat meer gebruiksgemak dan de meer handmatige camera's uit vroeger jaren. Een gemakkelijke instap dus voor de analoog beginneling.
De jaren 90: lichter, sneller, slimmer
In de jaren '90 het tijdens het vroege millenium kwamen de modernste analoge SLR camera's op de markt. Deze hebben vaak een volledig automatische stand, net als we bij de huidige camera's gewend zijn. Ook zijn er de handmatige standen, die DSLR gebruikers bekend voor zullen komen. Voor mensen die de gemakken willen van de digitale techniek, maar toch met film willen fotograferen zijn deze camera's een aardige optie. Een bijkomend voordeel is dat veel van de directe voorgangers van DSLR's met dezelfde lensvatting werken. Daardoor kun je zolang je bij je eigen merk blijft, dezelfde lenzen gebruiken als op je DSLR.
Notitie: let op de uitwisselbaarheid. Bij Canon bijvoorbeeld zijn EF-S lenzen niet bruikbaar op analoge SLR's, die zijn namelijk ontwikkeld voor crop sensor camera's, de middenklasse en goedkope klasse digitale SLR's. EF lenzen zijn wel uitwisselbaar.
Een nadeel van de moderne analoge camera's is dat ze nogal eens een lichte bouwkwaliteit hebben.
De Spiegelreflexcamera: kiezen van de lens
Merk en 'vatting' kiezen
Net als bij de huidige DSLR's gebruikten fabrikanten vroeger verschillende lensvattingen. Daardoor zijn niet alle lenzen bruikbaar op verschillende typen camera's. Soms gebruikten fabrikanten ook gelijksoortige vattingen, zoals bij de Prakticadraad M42 bijvoorbeeld, ontwikkeld door het Oost-Duitse Praktica. Zij ontwikkelden een schroefvatting, die ook werd gebruikt door merken als Pentax, Ricoh, Olympus en Yashica. Er is daarom een enorme hoeveelheid M42 lenzen op de markt gekomen voor deze camera's die allemaal uitwisselbaar zijn. Het is slim om bij de aankoop van een camera goed op te letten wat voor vatting er wordt gebruikt, want wanneer je een serie lenzen hebt stap je niet snel meer over op een andere vatting.
Prime objectieven en zoomlenzen
De meest beschikbare brandpuntsafstand voor lenzen is de 50mm variant, een prime objectief, waarmee je dus niet kunt zoomen. Vaak werden de camera's met zo'n lens geleverd. Er zijn betaalbare varianten te vinden, maar ook duurdere objectieven, zoals van Hasselblad en Carl Zeiss. Ook met veel betaalbare lenzen kun je trouwens schitterend fotograferen, omdat de 50mm prime bekend staat om zijn gemakkelijk te produceren brandpuntsafstand, wat de kwaliteit ten goede komt. De wat nieuwere analoge camera's (jaren '80 en nieuwer) werden ook wel met zoomobjectieven geleverd, zoals we gewend zijn met de huidige digitale SLR'S. Ten minste Canon en Nikon gebruikten op de nieuwere analoge SLR's dezelfde vatting, als die nu nog gebruikt wordt. Erg praktisch als je al goede objectieven in huis hebt voor op je digitale apparaat.
Notitie: houd er rekening mee dat een 50mm objectief bij veel digitale camera's, waaronder de meeste hobby DSLR's, niet hetzelfde beeld oplevert als met een 35mm analoge SLR. Hun cropsensors delen het beeld door een factor 1,6 waardoor het beeldbereik kleiner wordt.
Overige camerakeuzes
Compactcamera & meetzoeker (35mm film)
Na de Tweede Wereldoorlog kwam de markt naar de consument open te liggen voor camerafabrikanten. Het leidde tot de ontwikkeling van een handzame, makkelijk te vervoeren camera, vaak zonder al te veel instelmogelijkheden: de compactcamera. Populaire voorbeelden vind je in de jaren '50 en '60 bijvoorbeeld van Agfa --met de Silette, Optima en Rapid-- maar ook van merken als Nikon, Leica, Rollei en Contax.
Een bijzondere categorie binnen de compact camera's was de meetzoeker. De bekendste meetzoeker is waarschijnlijk die van Leica, het bedrijf dat in 1957 de Leica M2 met het systeem uitrustte. Het idee achter de meetzoeker is dat gebruik wordt gemaakt van een dubbele zoeker, een om doorheen te kijken en een voor de camera om de afstand tot het onderwerp door te meten. Met behulp van een signaaltje wist de fotograaf of hij goed had scherpgesteld. Meetzoekers zijn anno 2015 populair onder straatfotografen en (de originele) Leica's zijn haast onbetaalbaar. Gelukkig zijn er alternatieven op de markt van andere merken.
Lomografie
Lomografie is vernoemd naar de Lomo camera, een Russische camera uit de Sovjet tijd, uitgerust met een plastic lens. De typische, vervormde plaatjes die deze camera schoot zijn bij fanatici aangeslagen. De onder jongeren populaire tak van fotografie vindt tegenwoordig ook met allerlei andere camera's plaats, zoals Diana, Holga, Polaroid en diverse authentieke Russische cameramerken. Veel camera's zijn overigens reproducties van het origineel. Er worden allerlei soorten rolletjes gebruikt, de 120 film (6 bij 6) is populair, maar ook 35mm film is geen uitzondering. Ook worden verlopen rolletjes gebruikt, van jaren over de houdbaarheidsdatum. Experimenteren is de sleutel tot Lomografie, dus als je daarvan houdt is het misschien iets voor jou.
Alternatieve formaten camera's: de Boxcamera (120 film / Middenformaat)
Rond 1930 werd de consumentenmarkt al eens voorzichtig aangeboord met de boxcamera. Agfa bracht zo'n camera uit, de Agfa Box, die supereenvoudig was; een diafragma met drie standen, drie standen focus en een sluiter die of volledig open staat of op 1/50 sec. In die tijd was hij revolutionair. Het zit namelijk zo, de camera bestaat al sinds 1888, maar kwam pas in de loop van de twintigste eeuw beschikbaar voor een groter publiek. Naar men zegt gaat die eer naar Kodak. In een boxcamera wordt gebruik gemaakt van 120 film, een filmrol van 6x6 cm. Om je onderwerp te bekijken voor het schieten, kun je van bovenaf van een afstandje door een zoeker de box in kijken. Je zicht wordt daar door middel van een spiegel omgebogen naar de voorzijde van de camera, een mooie kijkervaring. Verder vinden veel fotografen het een voordeel dat de midden formaat negatieven bijna twee maal het formaat zijn van de 35mm variant. Je hoeft ze minder uit te vergroten bij het ontwikkelen, dus de resultaten zijn scherper. Wel zijn dit soort camera's wat moeilijker om te gebruiken, aangezien licht meten en scherpstellen los moet gebeuren en de camera's technisch mogelijk vaker falen. Ze zullen daardoor misschien niet de beste optie vormen voor de beginneling. De bekendste 6x6 camera's zijn anno 2015 waarschijnlijk de relatief dure Rolleiflex en Hasselblad. Goedkopere veelgebruikte modellen zijn bijvoorbeeld van Yashica, Bronica of Mamiya.
Een speciale rol voor: de filmrol
Film is de speciale exponent aan analoge fotografie die het grote verschil maakt met het digitale werk. Er zijn na de grote crash van analoge fotografie in het millennium nog drie grote merken die anno 2015 veel verkocht worden: Kodak, Fuji en Ilford. Zij verkopen films uit verschillende prijsklassen. Filmrol werd uitgegeven in verschillende soorten, zoals natuurlijk zwart-wit en kleur en verschillende gevoeligheid. De gevoeligheid werd aangegeven in ASA of ISO, een eenheid die we kennen uit de digitale fotografie. Bij analoge fotografie kun je echter niet zo gemakkelijk veranderen van ISO instelling dus zal je van tevoren goed moeten nadenken over wat je met je film wilt maken. Een aantal voorbeelden van leuke films om mee te werken in zwart wit:
- Ilford Delta (100 en 400) biedt een dikke korrel
- Ilford HP5, FP4 of Kodak Tri-X bieden een fijnere korrel en een scherp beeld
In kleur ligt de markt heel anders, de volgende films zijn befaamd om hun mooie resultaten:
- Fujichrome pro serie, een dure film, geen ervaring mee maar staan hoog aangeschreven
- Kodak, met de Ektar (hoog contrast film) en Portra (lager contrast portretfilm), erg mooie resultaten
- Een voorbeeld van een budget film die redelijk is van kwaliteit is de Kodak Gold, het beeld is minder sprankelend, maar dit is zeker geen verkeerde film
Al bij al is er een hoop te winnen door jouw favoriete film uit te vinden, dus experimenteren maar!
Filmrolletjes 120 film
Het type 120 film is in de eerste helft van de jaren '10 bezig aan een nieuwe opmars, wat wel een indicatie geeft van het aantal liefhebbers van de grootbeeld vierkante foto's. Het grote voordeel van 6x6 cm negatieven is dat je ze niet hoeft uit te vergroten om mooie afdrukken te krijgen. Allerlei 35mm films - bekend van de 'moderne' analoge compact camera's en spiegelreflexcamera's - worden ook als 120 film uitgegeven, zoals de Ilford HP5, Ilford Delta en Kodak Ektar. In de geschiedenisboeken staat dat de Boxcamera in de jaren '50 van de vorige eeuw werd verdrongen door de compactcamera.
Een forum waar enorm veel kennis en informatie is van en over analoge fotografie is het
analoog foto forum.