Hoe speel je Şepticâ?

In Roemenië spelen ze het in veel barren, pubs en cafés: şepticâ. Het is een kaartspel en het doel is zoveel mogelijk punten te verzamelen. Ga je binnenkort naar Roemenië? Of wil je gewoon een nieuw, simpel kaartspel leren? Na het lezen van dit artikel zal je in staat zijn şepticâ te spelen en de basistactieken onder de knie te krijgen. Dus zoek snel een pak kaarten, een aantal tegenstanders of vrienden en begin meteen dit verslavende spel te spelen.

Benodigdheden en voorbereiding

Voor şepticâ heb je slechts één pak kaarten nodig. Hier haal de alle kaarten met een waarde lager dan zeven uit (dus alle tweeën, drieën, vieren, vijven, zessen) en verwijder ook de jokers. Vervolgens schud je de kaarten goed.

Spelroutine

Het spel şepticâ kan worden gespeeld met 2, 3 of 4 personen. De uitleg van deze spelroutine is gebaseerd op een spel tussen twee spelers. Wil je met meer spelers spelen, dan verwijs ik naar het kopje ‘Meer spelers’.

Beginvoordeel beperken

Allereerst worden de kaarten goed geschud. Vervolgens houdt degene die geschud heeft de kaarten in een stapeltje met de achterzijde omhoog voor zijn tegenspeler. Deze haalt een stapeltje kaarten van de stapel die hem voor wordt gehouden. Daarna bekijkt hij de onderste kaart. Is deze kaart een zeven, dan mag de speler deze pakken; is deze kaart een tien of een aas dan mag de speler de kaart onder deze tien of aas bekijken. Is de kaart onder deze kaart een zeven, dan mag de speler de kaart hebben; is dit weer een tien of aas, dan mag de speler de kaart hieronder bekijken. Dit gaat zo door tot de kaart die de speler ziet een kaart ziet die geen tien, aas of zeven is. Dan wordt het stapeltje kaarten dat van de geschudde stapel werd gehaald onderop de stapel die de schudder in zijn hand heeft gelegd.

Wanneer een speler een zeven heeft mogen pakken wordt de stapel die deze speler in zijn hand heeft onder de stapel in de hand van degene die geschud heeft gestopt. Deze procedure herhaalt zich totdat de speler geen zeven meer mag pakken. Dan begint het delen van de kaarten.

Kaarten delen

Vervolgens deelt de schudder, die nu de deler is, de kaarten. Hierbij begint deze bij zijn tegenstander. Mocht deze het geluk hebben vier zevens te hebben gepakt, dan begint de deler bij zich zelf. De deler deelt de kaarten om en om; eerst een kaart voor de tegenstander, dan voor zichzelf. Dit doet hij totdat alle spelers vier kaarten in de hand hebben (hierbij tellen de zevens die de tegenstander mogelijk heeft ook mee). De overige kaarten vormen de stock. Deze wordt op tafel gelegd met de achterzijde omhoog. De waarde van de bovenste kaart is dus niet te zien.

Spelen

Het spel wordt gespeeld door kaarten op tafel te gooien. Hierbij mag de deler beginnen. De tegenspeler volgt. In principe mag de speler die als eerste een kaart opgooit de kaarten die in dezelfde speelronde worden opgegooid hebben. De speler die de beurt heeft mag als eerste een kaart opgooien. Hierbij moet echter rekening worden gehouden met de volgende regels:

Beurt veroveren

• Wanneer de tweede speler een kaart van dezelfde waarde opgooit, verovert deze de beurt.
• Wanneer de tweede speler een zeven opgooit, verovert deze de beurt.

Beurt heroveren

• Wanneer de eerste speler vervolgens nog een kaart met dezelfde waarde als de kaart die als eerst in deze ronde werd opgegooid opgooit, herovert deze speler de beurt.
• Wanneer de eerste speler (nog) een zeven opgooit, herovert deze speler de beurt.

Ronde afmaken

Nadat de eerste speler een kaart heeft opgegooid, moet de tweede speler ook een kaart opgooien. Bij twee spelers ligt er aan het eind van iedere ronde een even aantal kaarten op tafel en hebben alle spelers evenveel kaarten in de hand.

Nieuwe ronde voorbereiden

Aan het eind van een ronde zorgen alle spelers ervoor dat ze weer vier kaarten in de hand krijgen door het benodigde aantal kaarten van de stock te halen. Indien er niet genoeg kaarten zijn, worden de kaarten die nog in de stock zitten verdeeld. Vervolgens wordt een nieuwe speelronde begonnen. Hierbij mag de speler die de beurt heeft als eerste een kaart opgooien.

Einde van het spel

Het spel is afgelopen als alle kaarten van de stock zijn opgegooid en ook alle kaarten die de spelers in de hand hebben. Vervolgens wordt voor elke spelers het aantal tienen en azen geteld. Deze kaarten zijn één punt waard per stuk. Er zijn dus acht punten in het spel. Degene met de meeste punten wint.

Meer spelers

Şepticâ kan ook met drie of vier spelers worden gespeeld. Hieronder staan de aanpassingen die je moet doen voor dit aantal spelers.

Vier spelers

Het spel wordt met vier spelers net zo gespeeld als met twee spelers. Nu mag echter de speler links van de schudder het beginvoordeel beperken en de speler rechts van de schudder mag beginnen. Şepticâ met vier spelers wordt gespeeld in teams. Hierbij zitten de twee teamgenoten tegenover elkaar. Deze teamgenoten hebben als doel samen zo veel mogelijk punten te verzamelen. Het team met de meeste punten wint.

Drie spelers

Het spel met drie spelers wordt hetzelfde gestart als het spel met vier spelers; de speler links van de deler mag het beginvoordeel beperken, de speler rechts van de deler mag beginnen. De enige aanpassing die moet worden gedaan is dat twee achten uit het spel worden verwijderd. De overige twee achten hebben nu dezelfde functie als de zevens; je kan er de beurt mee stelen.

Samenvatting

• De speler die niet begint mag het beginvoordeel beperken.
• Met een zeven verover je de beurt.
• Met een kaart die dezelfde waarde heeft als de eerste kaart in de ronde verover je de beurt.
• Een tien is één punt waard.
• Een aas is één punt waard.

Tactiek

Şepticâ leent zich bijzonder goed voor tactiek. Wanneer je het spel vaker speelt, zal je en feeling krijgen voor welke kaart je op moet gooien. Hieronder staan enkele tips om als beginner niet meteen helemaal weggespeelt te worden.

• Bedenk tijdens het spelen dan een aas of een tien punten waard zijn. Er zijn slechts acht punten in het spel, dus wees voorzichtig met het opgooien van punten.
• Zevens kunnen heel handig zijn in de eindfase van het spel, deze kun je dus bewaren.
• Probeer bij te houden hoeveel punten er al zijn vergeven.
• Probeer bij te houden welke kaarten al zijn opgegooid, in het bijzonder de zevens.
• Wanneer je een goede hand hebt, is het mogelijk in één ronde meerdere punten te verdienen.
• Probeer in te schatten welke kaarten je tegenstander heeft. Let op of deze zijn kaarten ordent en waar hij welke soort kaarten in zijn hand houdt. Dit kan nuttige informatie zijn voor een later spel of in de eindfase.

Dit zijn de spelregels van het Roemeense spel şepticâ. Ik hoop dat je veel plezier beleeft tijdens het spelen van dit spel. Graag hoor ik opmerkingen, vragen en suggesties.