recensieBoekrecensie: Daar is mama!
Lotje is boos omdat ze haar nieuwe laarsjes niet aan mag en daarom loopt ze weg van huis. Op een leuke manier wordt verteld wat Lotje onderweg allemaal tegenkomt. Aan het einde van het verhaal vindt ze het eigenlijk niet meer zo leuk om alleen de wijde wereld in te gaan. De tekst is geschreven door Marianne Witvliet en Mark Janssen heeft de illustraties gemaakt. Het boek is geschikt voor kinderen vanaf drie jaar.
Gegevens van het boek
- Tekst: Marianne Witvliet
- Illustraties: Mark Janssen
- Uitgeverij: Mozaïek Junior (imprint van Uitgeverij Mozaïek)
- Jaar: 2006
- Pagina’s: 26
- ISBN: 978 90 239 9196 0
- Genre: kinderboek
- Voor kinderen vanaf drie jaar
- Prijs: rond de 12 euro
Over de schrijfster, Marianne Witvliet
Ze is geboren in 1951 (Rotterdam). Na de middelbare school heeft ze een opleiding gevolgd tot verpleegkundige (en heeft deze ook afgerond), verder studeerde ze Maatschappelijke Gezondheidszorg. Sinds 1987 is Marianne verbonden aan het Reformatorisch Dagblad als journalist en redacteur. Van 2005 tot 2006 zat ze in het bestuur van het CLO (Christelijk Literair Overleg). Marianne Witvliet schrijft en illustreert boeken voor kinderen en volwassenen, verder houdt ze regelmatig lezingen.
Over de illustrator, Mark Janssen
Kijk eens op de leuke website van Mark Janssen. Hij is geboren in 1974 in Eijsden. Op zijn 22ste is hij afgestudeerd aan de Academie Beeldende Kunsten in Maastricht. Met vrouw en kinderen woont hij in Valkenburg aan de Geul. Daar heeft hij een atelier waar hij als freelance illustrator vijf dagen per week werkt. Zijn werkveld: kinderboeken en volwassen media, deze afwisseling vindt hij erg prettig. De twee stijlen waarin hij illustraties maakt: aquareltechniek samen met acrylverf en een digitale tekenstijl. Voor welke stijl Mark kiest hangt af van de opdracht en van de opdrachtgever.
Het verhaal
Lotje is boos, ze mag van haar moeder haar nieuwe rode laarsjes niet aan. Lotje doet ze stiekem toch aan en daarna loopt ze weg. Ze gaat naar Amerika! Lotje heeft een koffertje meegenomen met een pyjama, een tandenborstel, een kam en Beer. Hondje Bobbie mag ook mee, maar hij wil niet. Voor de zekerheid neemt Lotje zijn riem wel mee, voor als Bobbie toch nog komt.
Lotje komt allerlei mensen en dieren tegen op weg naar Amerika. Tante Toos geeft haar een appel, Anna geeft haar een dropje. Lotje vindt weglopen wel leuk, ze heeft helemaal geen honger. Na een poosje wordt Lotje moe en gaat op de stoep zitten. Als ze weer verder wandelt ziet ze een hondje dat op Bobbie lijkt, ze denkt aan de bloemen in mama’s tuin, aan de trui van mama die zo lekker ruikt. En ze heeft zere tenen. De weg houdt niet op een het koffertje lijkt steeds zwaarder te worden. Plotseling ziet Lotje dezelfde bloemen als in de tuin van haar mama en ze ziet Bobbie. Lotje rent zo in de armen van haar moeder. Daar is mama!
De tekst en de illustraties
Op de voorkaft een vrolijke illustratie van een lachend meisje dat hard rent met achter haar aan een hond, een vogeltje, een knuffelbeer, een tandenborstel en nog wat dingen. Het tafereel lijkt op wat je ziet op de allerlaatste tekening in het boek. De schutbladen zijn heel rustig gehouden, op een groene achtergrond zie je een geel vogeltje vliegen. De illustraties in het boek vullen een dubbele pagina. Leuke details op de kleurige tekeningen in gemengde techniek. Lotje komt heel veel dieren tegen onderweg en de kat loopt met haar mee. Verder ziet ze veel verschillende mensen, een tante maar ook onbekende mensen zoals een jongen met koptelefoon op, twee mannen met hanenkammen, een oudere vrouw die met een stok loopt. Bij iedere tekening vind je tekst, ongeveer zes korte zinnen per keer. De schrijfster heeft geen moeilijke woorden gebruikt. De tekst staat in de tekening maar op een rustige achtergrond.
Een fragment
Lotje wandelt verder.
Er komt een hondje aan dat op Bobbie lijkt.
Het is Bobbie niet.
Ze kijkt naar haar rode laarsjes.
Ze hebben dezelfde kleur
als de bloemen in mama’s tuin.
Ze hebben dezelfde kleur
als mama’s trui die zo lekker ruikt.
In mijn oude, blauwe schoenen
heb ik nooit zere tenen,’ denkt Lotje.
Mijn mening
Boos zijn om iets, weglopen en dan toch weer vrij snel terugkomen omdat je ‘thuis’ toch wel mist. Veel kinderen zullen dit herkennen. Eerst vindt Lotje het allemaal erg leuk, ze loopt op nieuwe laarsjes, krijgt een snoepje en een appel. Maar als ze moe wordt wil ze wel weer naar haar moeder. Mensen die ze kent en de dieren die ze tegenkomt zegt ze vrolijk gedag, de vragen en opmerkingen van vreemden vindt ze niet prettig en tegen hen zegt ze niets terug. Het verhaal heeft een leuk einde.