Underground strips door Richard Corben
In Nederland zijn diverse stripboeken van de Amerikaanse striptekenaar Richard Corben uitgegeven. Het begon in 1978 met het avontuurlijke epos van het stripfiguur Den in het verhaal De scepter van Nooitland. De reeks Den eindigde met de publicatie van het zesde verhaal, getiteld De prijs der herinnering in 1994. De spannende verhalen van Den zijn geschreven en getekend door de Amerikaanse tekenaar Richard Corben. Deze tekenaar is bekend om zijn underground strips.
Kansas
In 1940, het jaar waarin in West-Europa de Tweede Wereldoorlog in alle hevigheid woedt, wordt Richard Corben geboren in de Amerikaanse staat Kansas. Hier groeit hij op, studeert hij en tekent zijn stripverhalen. Kansas is een gebied wat midden in de Verenigde Staten is gelegen en zeer dun bevolkt is. Op uitgestrekte gebieden worden voedergewassen, zoals maïs en soja verbouwd. Het gebied maakt dan ook deel uit van wat men in de aardrijkskunde de 'cornbelt' noemt. De geografische kenmerken van weidsheid en leegheid maken vaak deel uit van de 'setting' van de verhalen van Corben.
Censuur
De EC-horror- en sciencefictionverhalen van de jaren vijftig hebben Richard Corben sterk beïnvloed. In tijdschriften met griezelige titels als
Tales from the Crypt,
Haunt of Fear en
Vault of Horror stonden verhalen afgedrukt die als voorbeeld hebben gediend voor de verhalen van Corben. Toch is er een duidelijk verschil te bespeuren tussen de EC-comics en Corben's werk. De stripverhalen van de tekenaars uit de jaren vijftig zijn ondanks de griezelige en bloederige onderwerpen in vergelijking met de strips van Richard Corben zeer keurig getekend. Spanning en griezelwerk worden in de EC-verhalen op een zeer geraffineerde wijze in beeld gebracht; er is meer sprake van suggestie dan van daadwerkelijk tonen van gruwelijkheden. Corben daarentegen laat alles zien, van amputaties tot kannibalisme tot zelfmoordpogingen. Het geweld is op een expliciete manier getekend. Toch waren de EC-publicaties voor het conservatieve en 'nette' Amerika van de jaren vijftig veel te gewaagd. Door sociale druk vanuit de samenleving werden tekenaars gedwongen zelfcensuur toe te passen en moesten ze zich houden aan een aantal (zelf)opgelegde gedragscodes. Zo mochten de woorden 'Terror' of 'Horror' niet meer in de titel van een blad of verhaal worden gebruikt. Naaktheid, of aanstootgevende kleding, was ook geheel uit den boze. Vrouwen moesten op een realistische manier getekend worden zonder enige overdrijving van bepaalde fysieke kenmerken. Hiermee werd voornamelijk de omvang van de boezem bedoeld.
Underground
Na zijn opleiding aan een tekenacademie in Kansas City ging Richard werken bij de animatiestudio Calvin Workshop. Hier maakte hij aan het eind van de jaren zestig de lange speelfilm
Neverwhere, in het Nederlands vertaald als
Nooitland. Het was een combinatie van een normale speelfilm met animatietechnieken,
Neverwhere is qua verhaal en tekenstijl te beschouwen als een voorloper van de stripreeks over Den. In dezelfde periode begon hij onder het pseudoniem van Gore (bloed) te werken als tekenaar voor diverse undergroundtijdschriften. Hierbij had hij een onbeperkte vrijheid van tekenen. Moord, verminking, mensen met monsterlijke afwijkingen, drugs, geweld, oorlog en vrouwen met DD-cupmaat zijn ingrediënten die Corben veelvuldig gebruikte in zijn verhalen. Dit had hij in die tijd nooit zo gepubliceerd kunnen krijgen bij de grote gevestigde uitgeverijen. Aan het eind van de jaren zestig waren de Verenigde Staten -ondanks de Flower Power- nog steeds een kleinburgerlijke samenleving.
Kleine uitgeverijen
Stripverhalen waarin expliciet geweld, seks of zelfs maar naaktheid tot uiting werd gebracht kregen te maken met de censuur van de 'normale' uitgeverijen. Om dit te omzeilen werden er kleine uitgeverijen opgericht. In tijdschriften met het formaat en dikte van het Nederlandse Donald Duck-weekblad konden underground-tekenaars ongeremd hun creativiteit uiten. In bladen met titels als
Anomaly,
Death Rattle,
Skull en
Slow Death verschenen vele horror- en science fictionverhalen van Richard Corben.
Filmische stijl
Een kenmerk van het werk van Richard Corben is zijn filmische stijl. De tekeningen zijn zodanig gepresenteerd dat zij een sterke mate van overeenkomst vertonen met de vertelprocedure en montagetechnieken van een speelfilm. Een andere Amerikaanse tekenaar die deze stijl ook vaak gebruikt is Will Eisner (
The Spirit.
Het Fu-Gu-volk
De undergroundstripverhalen lijken op het eerste gezicht grotendeels slechts te bestaan uit een opeenhoping van ordinaire geweld- en seksscènes, maar in vele ervan schuilt een hoge mate van maatschappijkritiek. In een aantal verhalen wordt op een indirecte manier afgerekend met de Amerikaanse burgermanscultuur, waarin op het eerste gezicht alles zo keurig, netjes en mooi is, maar eigenlijk zeer hypocriet blijkt te zijn. In deze periode van de Flower Power werd in het Aziatisch land Vietnam in naam van vrijheid en democratie een harde oorlog gevoerd tegen de 'communisten en hun sympathisanten'. In
Slow Death nummer 3 (1970) is een verhaal van Richard Corben afgedrukt waarin de vreedzame maatschappij van het Fu-Gu-volk te maken krijgt met een agressief en technologisch vergevorderd volk van een ander planeet, dat met hun wapens in de aanslag de zegeningen van de beschaving komt brengen. Een hele grote 'wonderdoos' wordt op de ongerepte en mooie planeet achtergelaten, die slechts een stinkende en vervuilende fabriek blijkt te zijn. Het gevolg is dat binnen de kortst mogelijke tijd de hele planeet onleefbaar vervuild is. Het verhaal eindigt met de zelfmoord van het laatst overgebleven lid van het Fu-Gu-volk. Het is een verhaal met een indirecte aanval op de in de ogen van de hippies de Amerikaanse imperialistische politiek, waarbij ook nog gerefereerd wordt aan de steeds sneller oprukkende milieuvervuiling.
Den
In nummer 2 van het blad
Grim (1973) verscheen het eerste deel van de avonturen van Den in Nooitland. In
De geheime scepter van Nooitland maken we kennis met Den, wiens aardse naam David is. Met behulp van een mysterieus apparaat heeft hij zich toegang verschaft tot een andere dimensie. Tijdens de reis van de aarde naar Nooitland blijkt er een lichamelijke metamorfose te hebben plaatsgevonden. Van de brildragende magere schlemiel is David veranderd in een krachtige en mannelijke Den. Hij heeft tijdens de dimensiesprong een lichaam à la Arnold Schwarzenegger gekregen, zonder daarvoor jarenlang dag in dag uit zich in een fitnesscentrum kapot getraind te hebben. Al snel ontmoet hij de knappe Kath, een vrouw die evenals hijzelf ook afkomstig is van de aarde. Ook zij heeft een complete lichaamsverandering ondergaan: een gespierd lichaam met grote borsten. In het tweede deel verliest Den zijn grote geliefde Kath uit het oog en begint een lange speurtocht naar haar.
Meer weten?
Op de persoonlijke website van Richard Corben www.corbenstudios.com is een overzicht te vinden van alle stripverhalen en coverart.
Bijlage: Een overzicht van de Nederlandstalige publicaties
- Wereld der mutanten (1982), Arboris uitgave.
- Elf Gruwelijke verhalen (1980), Semic Press.
- Diepten (1981), Semic Press.
- Weerwolf. Verhalen over heksen en weerwolven (1985), Magic Press.
- Weerwolf. Verhalen over heksen en weerwolven (hardcover) (1985), Magic Press.
- Den (1982), Espee Amsterdam.
- Den 2. Muvovum (1991), Pop Comics van Sherpa.
- Den 3. Het huis van stilte (1992), Pop comics van Sherpa.
- Den 4. De heer der bovenluchten (1992), Pop comics van Sherpa.
- Den 5. Kinderen van het vuur (1993), Pop comics van Sherpa.
- Den 6. De prijs der herinnering (1994), Pop comics van Sherpa.
- Jeremy Brood (1993), Pop comics van Sherpa.
- Pilgor (1993), Pop comics van Sherpa.