Familie: wie is wie in de stamboom?
De meeste mensen weten wel wat neven, nichten, ooms, tantes en (over)grootouders zijn. Maar met achterneven, achternichten, oudooms, oudtantes en nog eerdere generaties voorouders wordt het al een stuk ingewikkelder. Wie is nu wie in de stamboom? Of, met andere woorden: hoe noem je de familierelatie tussen jou en een verre bloedverwant?
Voorouders
Iedereen weet wat grootouders en overgrootouders zijn. Maar hoe zit het met de generaties daarvoor? Hoe noem je die? Het Standaardnederlands gaat niet verder terug in het verleden dan betovergrootvader of betovergrootmoeder: de vader of moeder van de overgrootvader of overgrootmoeder. In het stamboomonderzoek zijn er wel woorden voor nog eerdere generaties voorouders. Voor je betovergrootouders komen dan je oudouders, oudgrootouders, oudovergrootouders en oudbetovergrootouders. Om nog verder terug in het verleden te komen, wordt er steeds een nieuw woord voorgevoegd, namelijk stam, edel, voor, aarts, opper en hoog. Deze namen voor voorouders worden o.a. in het stamboomprogramma Aldfaer gebruikt, zodat iedere generatie voorouders in je stamboom een eigen naam kan krijgen. Zo kun je ze uit elkaar houden.
(Verre) ooms en tantes
Je ooms en tantes zijn de broers en zussen van je vader en moeder. Maar hoe zit het dan met de broers en zussen van eerdere generaties voorouders? Ook hier zijn namen voor:
- Oudoom of oudtante: de broer of zus van je opa of oma. Oftewel de oom of tante van je vader of moeder.
- Overoudoom of overoudtante: de broer of zus van je overgrootvader of overgrootmoeder. Oftewel de oom of tante van je opa of oma.
- Betoveroudoom of betoveroudtante: de broer of zus van je betovergrootvader of betovergrootmoeder. Oftewel de oom of tante van je overgrootvader of overgrootmoeder.
De woorden overoudoom/-tante en betoveroudoom/-tante zijn uit het Standaardnederlands verdwenen, maar worden in de spreektaal en in het stamboomonderzoek nog wel gebruikt.
Wat is een neef of nicht?
Je neef is:
- De zoon van je broer of zus
- De zoon van je oom of tante
Je nicht is:
- De dochter van je broer of zus
- De dochter van je oom of tante
We hebben in het Nederlands dus geen verschillende woorden om onze verschillende soorten neven en nichten uit elkaar te houden. Verwarrend, want als je het dan over je neef of nicht hebt, weet niemand direct over wie je het hebt. In de meeste andere talen zijn er wel verschillende woorden voor de kinderen van je broers en zussen en voor die van je ooms en tantes. In het Engels worden de kinderen van je broers en zussen bijvoorbeeld
nephews (neven) en
nieces (nichten) genoemd, maar de kinderen van je ooms en tantes zijn je
cousins. Vroeger hadden we in het Nederlands ook een woord voor
cousin, namelijk
kozijn (meervoud:
kozijns). Zo kon er geen spraakverwarring ontstaan als je het over je neef of nicht had, want dat kon dan alleen de zoon of dochter van je broer of zus zijn. In de Vlaamse spreektaal wordt het woord
kozijn nog steeds op deze manier gebruikt.
Wat is een achterneef of achternicht?
Volgens de Dikke Van Dale is een achterneef de zoon van een neef of nicht en een achternicht de dochter van een neef of nicht. Omdat er verschillende soorten neven en nichten zijn, zijn er ook verschillende soorten achterneven en achternichten:
- De kleinkinderen van je broers en zussen. Jij bent hun oudoom of oudtante.
- De kleinkinderen van je ooms en tantes. Er bestaat in het Standaardnederlands geen woord voor wat jij dan van hen bent. Vandaar dat hier in de spreektaal ook vaak het woord achterneef of -nicht voor gebruikt wordt.
In de Vlaamse spreektaal worden de kleinkinderen van je ooms en tantes
kozijnskinderen genoemd, omdat het de kinderen van je
kozijn (= zoon/dochter van oom of tante) zijn. Dus dan noem je alleen de kleinkinderen van je broers en zussen achterneven en -nichten.
Achterachterneven en achterachternichten
In de spreektaal worden de kinderen van je achterneven en achternichten je achterachterneven en achterachternichten genoemd. Voor iedere generatie komt er dan een keer ‘achter’ bij. De kleinkinderen van je achterneven en -nichten zijn dan je achterachterachterneven en -nichten, enz. Maar hoewel ze in de spreektaal wel gebruikt worden, bestaan de woorden achterachterneef en achterachternicht niet in het Standaardnederlands. En de neven en nichten met nog vaker ‘achter’ ervoor ook niet. Je zult er dus tevergeefs naar zoeken in de Dikke Van Dale.
Eerste, tweede, derde, enz. neef/nicht
Sommige mensen noemen verre neven en nichten met wie ze overgrootouders of een nog eerdere generatie voorouders delen ook achterneven en achternichten. Voor iedere generatie terug in het verleden komt er dan een extra keer ‘achter’ bij. Iemand met dezelfde overgrootouders noemen ze dan een achterneef/-nicht, iemand met dezelfde betovergrootouders een achterachterneef/-nicht, enz. Maar omdat in het Standaardnederlands een achterneef of achternicht alleen het kind van je neef of nicht kan zijn, klopt dit niet. Maar hoe noem je deze verre nichten en neven dan wel? Tja, daar bestaan in het Standaardnederlands helaas geen officiële benamingen voor. Daarom gebruiken sommige mensen het Engelse systeem. Hierbij wordt gekeken naar de meest recente gemeenschappelijke voorouders van jou en je bloedverwant. Iemand die grootouders met jou deelt noem je dan eerste neef/nicht. Vervolgens krijgt iedere connectie met een generatie verder terug in het verleden een hoger cijfer. Dus bij gedeelde overgrootouders ben je dan elkaars tweede neef/nicht, bij gedeelde betovergrootouders ben je elkaars derde neef/nicht, enz.
Maar hoe zit het dan als jouw betovergrootouders bijvoorbeeld de overgrootouders van je bloedverwant zijn? Wat ben je dan van elkaar? Hiervoor wordt de term ‘verwijderd’ gebruikt. Het cijfer dat ervoor staat, geeft aan hoeveel generaties jij en je verre neef/nicht van elkaar verwijderd zijn.
Hoe je de familierelatie tussen jou en je bloedverwant noemt, kun je het makkelijkst aflezen in een consanguiniteittabel (consanguiniteit betekent ‘gemeenschappelijk bloed'), zoals de onderstaande.
| Grootouders | Overgrootouders | Betovergrootouders | Oudouders | Oudgrootouders |
Grootouders | 1e neef/nicht | 1e neef/nicht 1x verwijderd | 1e neef/nicht 2x verwijderd | 1e neef/nicht 3x verwijderd | 1e neef/nicht 4x verwijderd |
Overgrootouders | 1e neef/nicht 1x verwijderd | 2e neef/nicht | 2e neef/nicht 1x verwijderd | 2e neef/nicht 2x verwijderd | 2e neef/nicht 3x verwijderd |
Betovergrootouders | 1e neef/nicht 2x verwijderd | 2e neef/nicht 1x verwijderd | 3e neef/nicht | 3e neef/nicht 1x verwijderd | 3e neef/nicht 2x verwijderd |
Oudouders | 1e neef/nicht 3x verwijderd | 2e neef/nicht 2x verwijderd | 3e neef/nicht 1x verwijderd | 4e neef/nicht | 4e neef/nicht 1x verwijderd |
Oudgrootouders | 1e neef/nicht 4x verwijderd | 2e neef/nicht 3x verwijderd | 3e neef/nicht 2x verwijderd | 4e neef/nicht 1x verwijderd | 5e neef/nicht |
Voorbeeld:
Jouw betovergrootouders zijn de overgrootouders van je bloedverwant. In de tabel kun je aflezen dat jullie elkaars 2e neef/nicht 1x verwijderd zijn.
N.B.: In plaats van over eenmaal, tweemaal, driemaal, enz. verwijderd hebben sommige mensen het over 'in de 1e graad', 'in de 2e graad', 'in de 3e graad', enz.
Waarom geen namen voor verre verwanten?
Waarom zijn er in het Nederlands geen woorden (meer) voor de familierelatie tussen jou en een verre verwant? Dat komt doordat de meeste Nederlanders slecht een klein deel van hun bloedverwanten als familie zien. Er zijn bijvoorbeeld maar weinig Nederlanders die al hun oudooms/-tantes en achterneven/-nichten kennen. Laat staan hun nog verdere verwanten, zoals het nageslacht van de broers en zussen van hun (bet)overgrootouders. Het is dan ook niet verwonderlijk dat er in het Standaardnederlands geen benamingen zijn voor dergelijke verre verwantschappen.