Sesame: het spel van schatten en slangen

Sesam open u! Vele kinderen en volwassenen kennen het sprookje van Ali Baba die het geheim van de roversgrot ontsluierde en daar vele schatten vond. Sesame is een gezellig gezelschapsspel gebaseerd op dit sprookje. Door het codeslot te kraken heb je toegang tot de schatkist en kan je vele schatten pakken … tot je op een slang stuit en alles weer kwijt bent! Sesame is ontworpen door Ravensburger en in 2002 voor het eerst uitgegeven. Het minimum aantal spelers is 2, het maximum aantal spelers is 4. Op de doos staat dat de minimumleeftijd 7 jaar is, maar vanwege de eenvoudigheid van het spel kunnen ook jongere kinderen het spel spelen. De speelduur varieert van één tot drie kwartier.

Wat zit er in de doos?

De doos heeft:

• 1 schatkistdeksel en deze bestaat uit:
• 1 bovenkant van karton
• 9 sloten (9 draaischijven en 9 draaiknoppen)
• 1 onderkant van kunststof
• 1 schatkist
• 18 geestkaarten
• 29 schatkaarten:
• 12 kaartjes met een ring: 1 punt
• 10 kaartjes met een kelk: 2 punten
• 6 kaartjes met een ketting: 3 punten
• 1 kaartje met een wonderlamp: 5 punten
• 7 slangenkaarten

Om te beginnen maak je eerst alle onderdelen los en dan zet je de sloten in elkaar. Dat doe je door de draaiknoppen samen te drukken en van boven in de gleuven van de draaischijven te drukken. De sloten worden in de verdieping van het kunststof gedeelte van het deksel van de schatkist gelegd. Daarna wordt de kartonnen bovenkant bevestigd.

De slangenkaarten en schatkaarten worden goed door elkaar geschud en met de plaatjes naar beneden in de vakjes onder het deksel van de schatkist verdeeld. In ieder vakje worden 4 kaartjes gelegd. Ook de geestkaarten worden geschud en op een stapeltje gelegd. Nu kunnen we beginnen!

Doel van het spel

De 9 sloten moeten op zodanige wijze gedraaid worden dat ze overeenkomen met de code die op een geestkaart staat. Als de code overeenkomt is deze gekraakt en mag je de deksel openen om zoveel schatten te pakken als je wilt. Maar het gevaar bestaat dat je een slang pakt en alles kwijtraakt. Wie aan het einde van het spel de meeste punten heeft, wint het spel.

Spelverloop

De eerste speler begint en pakt de bovenste geestkaart, deze wordt open neergelegd. Op de kaart is een combinatie van allerlei Oosterse plaatjes te zien. Ook onder de draaiknoppen staan deze plaatjes. Het zijn afbeeldingen van:

• palmboom
• zwaard
• kameel
• tapijt
• lamp
• pagode

Nu mag de speler de positie van de tekeningen op de kaart vergelijken met die van de sloten en kiest een slot dat nog niet in de goede positie staat. Hij mag het slot 1, 2 of 3 posities naar links of rechts draaien. Als de juiste afbeelding verschijnt binnen deze 3 zetten dan mag hij dit slot zo laten staan en een ander slot kiezen. Als de juiste afbeelding niet verschijnt binnen de 3 draaipogingen, dan gaat de beurt naar de volgende speler. Die speler mag niet beginnen met het laatste slot van zijn voorganger. Behalve als dat het laatste slot is dat nog niet in de goede positie staat. Als een speler met het laatste slot de code compleet maakt, mag hij de schatkist openen! Nu mag de speler schatten pakken! Hij mag zoveel kaartjes pakken als hij wil, maar moet de schatkaarten die hij pakt gescheiden houden van schatten die in een andere beurt al zijn gepakt.

Pakt de speler een schat? Dan mag hij deze bij zich leggen en kiezen of hij stopt of nog meer schatten gaat pakken. Als hij doorgaat kiest hij een ander kaartje en kijkt of daar ook weer een schat opstaat. Als hij stopt mag hij de gepakte schat(ten) houden en gaat de deksel dicht. Het volgende geestkaartje wordt gepakt en de spelers gaan weer om de beurt proberen de code te kraken.

Pakt de speler een slang? Dan verliest hij alle schatten die hij in deze beurt heeft gepakt. Die worden dan weggelegd en doen niet meer mee met het spel. De beurt is dan ook voorbij, de deksel wordt gesloten. Het volgende geestkaartje wordt gepakt en de spelers gaan weer om de beurt proberen de code te kraken.

Pakt de speler als eerst kaartje een slang? Dan mag hij een willekeurige schat van een medespeler afpakken. Als nog niemand anders schatkaartjes heeft, gaat de deksel dicht en is de beurt afgelopen. Het volgende geestkaartje wordt gepakt en de spelers gaan weer om de beurt proberen de code te kraken.

Einde van het spel

Het spel is afgelopen als:

• alle geestkaarten gespeeld zijn, óf
• alle slangkaartjes gepakt zijn

De spelers tellen de punten op hun schatkaartjes en degene met de meeste punten heeft gewonnen! Bij gelijke score wint degene die de meeste schatkaartjes heeft.

Wat maakt Sesame zo leuk?

Het is spannend om de code te kraken. Als je aan de sloten draait en de juiste plaatjes tevoorschijn komen geeft dat een goed gevoel. Helemaal als je het laatste slot goed hebt en je de deksel van de schatkist mag openen. Het is ook spannend om schatten te pakken. Want tot hoever ga je door? Ben je zo hebberig om nog één schat te pakken met het risico op een slang of neem je genoegen met wat je hebt vergaard? Het is een eenvoudig spel waar ook jongere kinderen aan mee kunnen doen. Het spel ademt helemaal de sfeer van de Oosterse wereld van Ali Baba.