Fotografie - Tips over: stilleven, portretten en reportage
Omdat fotografie heel breed is en elk thema een bepaalde aanpak vereist, geven we hier een aantal tips van ervaren reisfotografen, elk met hun specialisatie en specifieke karakters.
Over landschappen en stillevens
Stillevens kunnen veel over een streek of stad vertellen, als je even nadenkt over de compositie. Om een plek (en je gevoel hierbij) te kunnen vatten, heb je zowel overzichtsfoto’s van een natuur- of stadslandschap als close-ups van typische details nodig.
- Leg de horizon van je beeld niet precies in het midden; dat oogt snel saai. De vuistregel is een derde grond en twee derden lucht – of omgekeerd. Maar daar kan je al experimenterend ook weer van afwijken; er is niets mis met bewust gek doen.
- Neem de tijd om een landschap te kaderen. Kijk daarbij goed naar contrasten, de voorgrond, en allerlei grafische elementen, zoals een kronkelend pad of rivier, lijnen van gebouwen die je kan aansnijden, weerspiegelingen…
- Let op schaduwen in een landschap of in de stad. Een spel van licht en schaduw kan een heel mooi effect geven.
- Je camera registreert alles en dat is veel meer dan een ongeoefend oog ziet. Let dus extra op storende elementen die ongewenst in beeld komen, zoals afval of een elektriciteitspaal. Zo’n zaken kan je vermijden door wat meer in te zoomen of vanop een andere plaats te fotograferen.
- Sta vroeg op om landschappen te fotograferen. Het licht vlak na zonsopgang is vaak het mooiste.
- Om strakke, donkerblauwe luchten te krijgen fotografeer je het best met de zon in je rug.
- Donkere landschappen licht je niet bij met een flits, wel met een lange sluitertijd.
- Ga ook op zoek naar details: een typische bloem, ambachtelijke worstjes op een Provençaalse markt, een exotisch naambordje… Inzoomen en afdrukken.
- Voor gevorderden: leer spelen met scherptediepte. Die hangt af van je diafragma en je brandpuntafstand (vb 24 mm, 50 mm, 100 mm). Investeer in een goede lens met een diafragma van f 2,8. Veel oefenen en uitproberen.
Over mensen en portretten
Mensen maken je reisfoto’s extra levendig. Uiteraard wil je snapshots van je reisgezelschap als souvenir. Daarnaast kunnen plaatselijke bewoners ook heel veel toevoegen aan je sfeerverhaal.
- Zorg ervoor dat een persoon niet gewoon centraal in beeld staat; dat is te voorspelbaar. Variatie doet je leven: laat je model bewegen of in de lucht springen, of plaats hem/haar eerder links of rechts in beeld.
- Kom dicht genoeg bij de persoon die je in beeld wil brengen, om te vermijden dat het een zoekplaatje wordt waarin het model verdwijnt. Je kan beter wat uitzoomen (groothoek) en dichterbij komen, dan veraf te gaan staan en in te zoomen (telelens). Bij dat laatste verlies je namelijk de sfeer van de omgeving.
- Altijd scherp stellen op de ogen. Als je je model rechts of links in beeld wil, doe je dat door hem/haar eerst in het midden te kadreren en de ontspanknop half in te drukken. Met de halfingedrukte ontspanner herkadreer je dan de foto.
- Vermijd dat je modellen rechtstreeks in de zon moeten kijken en hun ogen dichtknijpen. Draai dus wat weg van de zon. Of als het niet anders kan, laat ze eerst even de ogen sluiten.
- Aarzel niet om mensen aan te snijden. Je model hoeft niet ten voeten uit op de foto te staan. Liever aansnijden op de buste of het middel dan benen af te knippen.
- Als je locals wilt fotograferen, begin je met respect te tonen voor hun cultuur. Leg contact, tast wat af en voel aan of ze bereid zijn om gefotografeerd te worden. Als je niet zeker bent, vraag je eerst toestemming. Toon achteraf je foto's op het lcd-scherm of beloof hen ze later door te mailen.
- Varieer met je standpunt. Vanuit kikvorsperspectief laat je iemand trotser en heroïscher overkomen. Een vogelperspectief, waarbij mensen lichtjes naar boven kijken, is handig om nekplooien, een dubbele kin, rimpels en harde schaduwen rond de oogkassen te vermijden.
- Voor gevorderden: foto's in tegenlicht geven een mooi resultaat. De contouren komen beter uit, vaak speelt het licht in het haar, kleuren krijgen een extra dimensie. Daarvoor moet je wel wat overbelichten. De zon is een sterke lichtbron, waardoor je ingebouwde lichtmeter snel denkt dat er genoeg licht is, met een donker gezicht als resultaat. Door een beetje te overbelichten (1/3 à 2/3 stop) krijgen donkere delen ook details. Je kan met een wit blad of spiegel de zon doen weerkaatsen om extra licht in iemands gezicht te brengen.
Over reportage fotografie
Experimenteer met de sluitertijd.
Een reiservaring wordt gekleurd door allerlei gebeurtenissen. Dat kan om heel uiteenlopende zaken gaan: de kinderen in actie, een fiets- of wandeltocht, een straatgebeuren of dorpsfeest, een sportevenement, dieren die je pad kruisen…
- Hou je camera altijd bij de hand.. Je weet nooit wat je tegenkomt en toevallige ontdekkingen kunnen fantastisch zijn.
- Hoe leg je de sfeer van een groep of een gebeuren vast? Concentreer je op één individu of onderdeel dat je boeiend genoeg vindt. Begin met een overzicht van de groep, het tafereel of de gebeurtenis. Vervolgens ga je wat dichterbij en je eindigt met een leuk portret van die persoon of dat detail. Later kan je hetzelfde principe toepassen met een ander figuur of een ander element in het gebeuren.
- Voor bewegende scènes (spelende kinderen, jetski, fietsers, galopperende paarden, vissers in actie…) stel je een korte (snelle) sluitertijd in, zodat je de actie scherp kan ‘bevriezen’. Tegelijk zet je het diafragma zo groot mogelijk open. Daardoor wordt de achtergrond onscherp, zodat alle aandacht naar het hoofdonderwerp gaat.
- Omgekeerd is het soms ook interessant om met een lange sluitertijd (en statief) te werken. De persoon, het dier of object in actie wordt een onscherpe ‘vlek’, wat beweging suggereert. Veel uitproberen en meteen op je lcd-scherm checken.
- In een café, hotellobby of station is het meestal vrij donker. Met hard flitsen verdwijnt vaak de sfeer. Je kan hier een statief gebruiken of je toestel op een muurtje of tafel laten rusten en een langere sluitertijd kiezen om je scène toch voldoende én sfeervol te belichten.
- Met een statief kan je sfeervolle avondbeelden maken, waarbij de combinatie van natuurlijke schemering en kleurige kunstverlichting erg feeëriek oogt.
- Foto's van dieren zijn wat moeilijker. Het vraagt tijd en geduld. Je moet ze eerst rustig bestuderen en dan op het juiste moment afdrukken. Voor wilde dieren gebruik je het best een lichtsterke telelens (200-300 mm). Check ook altijd of de achtergrond boeiend is.