Sigaren - voor langzame genieters, maar ook voor vluggertjes
Sigaren roken is een kunst apart. Tegenstanders van roken (waar ik zelf inmiddels hartstochtelijk bij hoor) kunnen er naar kijken hoe ze willen: sigaren roken heeft niets te maken met het verslavende, ongezonde en vieze roken van gewone sigarettentabak.
Sigaren worden om te beginnen niet over de longen gerookt (als je het goed doet!) (en anders is het nog dodelijker dan gewone sigaretten), maar daarnaast hebben deze rokertjes een totaal andere smaak en geur. De liefhebber spreekt dan ook van een ware beleving, een ritueel, en de industrie kent een bloemrijke terminologie die niet onder doet voor die van de meest gepassioneerde wijnliefhebbers.
Opbouw van de sigaar
Sigaren bestaan uit drie delen: een dekblad, omblad en het binnengoed. Voor het (buitenste) dekblad worden tabaksbladen geselecteerd op kleur en geur. Ombladen bestaan uit de onderste, meest kostbare bladen van de tabaksplant, ook wel zandblad genoemd. Voor het binnengoed wordt gebruik gemaakt van niet meer dan een paar verschillende soorten, opgerolde, tabaksbladeren bij de zogenaamde longfillers, en van snippers tabak bij de shortfillers (zoals bijvoorbeeld de Hollandse sigaar).
Productieproces
Het duurt gemiddeld 5 maanden voordat een tabaksplant, na het planten van speciaal zaad, volwassen genoeg is om geoogst te worden. Het plukken van de bladeren gebeurt met de hand, en daarna volgt een langdurig proces van drogen en fermenteren. Na het maken (rollen) ervan worden de meeste kwaliteitssigaren 60 - 90 dagen met rust gelaten, maar er zijn er ook die 6 maanden mogen rijpen, voordat ze verpakt worden. Er zijn inmiddels zelfs sigarendozen met ingebouwde, geijkte humidor, die de sigaren in de box op de vereiste relatieve bewaar-luchtvochtigheid houden. De echte sigarenliefhebber heeft zijn eigen humidorplek thuis, qua formaat variërend van een thuiskweekkasje tot een uit zijn krachten gegroeide bezemkast met planken en rekken en standaards, kortom, een complete uitrusting om een kostbare of flinke voorraad sigaren lange tijd te kunnen bewaren.
Maten en modellen
Sigaren zijn er in verschillende afmetingen en soorten. Wie er van houdt, geeft de voorkeur aan een wat dikkere sigaar, omdat de brandtemperatuur lager is en daarmee het verkolen wordt tegengegaan. Je doet dus langer met zo’n sigaar, maar het komt ook de zachtheid van de smaak ten goede. De dunnere sigaar, met een hogere brandtemperatuur, is vaak wat pittiger, en je gaat er sneller doorheen.
Qua modellen is er volop keus: van de kleine cigarillo, via zijn grotere broertjes tuitknak, senoritas en wilde havana, naar de dikkere sigaren zoals panatella en corona. De laatste is de ultieme after-dinner sigaar, en de bekendste is waarschijnlijk wel de havanna, die voor altijd onsterfelijk met Winston Churchill verbonden is. Churchill ontdekte ze tijdens zijn verblijf op Cuba in 1895, waar hij een week lang voornamelijk op sinaasappels en sigaren leefde.
Churchill rookte en kauwde (ja echt) in zijn leven 8 tot 10 sigaren per dag en was er zo aan verknocht, dat hij bij zijn vliegenierspak in de 2e wereldoorlog een speciaal zuurstofmasker liet maken met een gat erin, zodat hij ook tijdens het vliegen door kon gaan met het roken van zijn geliefde sigaar.
Het aansteken van een sigaar
Tussen de bedrijven door achteloos een sigaar tussen je lippen klemmen, kaarsje of aanstekertje eronder en zuigen maar, is volkomen uit den boze. Voor een sigaar moet je even de tijd nemen. En de rust. Neem de sigaar tussen duim en middelvinger, dek het mondgedeelte af met je wijsvinger, hou de sigaar onder een hoek van 45 graden naar beneden gericht losjes vast en hou er een gasaansteker, lucifer of brandend cederhoutje onder. Geen kaars of een benzineaansteker gebruiken, want die verspreiden een bijgeurtje, dat het aroma niet ten goede komt. Wacht tot de sigaartip volledig is ontbrand voordat je de sigaar naar je mond brengt, om verkoling en smaakverlies tegen te gaan. Neem rustige, niet te diepe trekjes, en laat de rook lekker door je mond circuleren. Niet inhaleren, want dan hou je echt niet meer op met hoesten. Het brandt in je longen en verpest de smaak en de beleving van de sigaar.
Voor de beginnende sigarenroker
Als je het eens zou willen proberen kan je het beste beginnen met een senoritas (zeggen de kenners), want deze combineert het rijke aroma van de dikke sigaar met het kortere rookmoment van de dunnere versies. Waarschijnlijk daarom is het de meest verkochte sigaar. Uiteraard kun je ook met smakelijke kleinere sigaartjes beginnen, zoals bijvoorbeeld de fantjes - een geliefd sigaartje bij mensen die (willen) stoppen met roken (van sigaretten). Het ligt alleen maar al te makkelijk op de loer om deze kleine sigaartjes dan toch ‘per ongeluk’ te inhaleren, dus hou jezelf in de gaten!
Wie het werkelijk serieus wil gaan uitproberen kan ook naar de betere sigarenwinkel stappen - de mensen die daar werken zijn zeer ter zake kundig en zullen je graag van advies dienen. Veel rookplezier!