recensieBoekrecensie: De DCD Survivalgids
DCD is de afkorting voor Developmental Coordination Disorder, het is een coördinatieontwikkelingsstoornis. Voor iemand met DCD is het moeilijk om op de juiste wijze bewegingen uit te voeren die gezamenlijk en in een bepaalde volgorde moeten gebeuren. De DCD Survivalgids geeft uitleg over DCD, er worden adviezen en tips gegeven hoe je ermee om kunt gaan. Het boek is geschikt voor kinderen vanaf circa acht jaar tot een jaar of veertien. Maar ook voor ouders, leerkracht of zorgverlener kan dit boek een hulpmiddel zijn.
Gegevens van het boek
- Titel: De DCD Survivalgids
- Tekst: Paul Calmeyn, Nico De Braeckeleer
- Illustraties: Maaike Devos
- Uitgeverij: Abimo Uitgeverij
- Jaar: 2010
- ISBN: 978 90 5932 693 4
- Pagina’s: 102
- Genre: kinderboek, gezondheid
- Doelgroep: kinderen tussen de acht en de veertien jaar
Over de auteurs, Paul Calmeyn en Nico De Brackeleer
- Paul Calmeyn is kinesitherapeut. Hij werkt in het Revalidatiecentrum van Sint-Amandsberg en is docent aan de Arteveldehogeschool in Gent. Het woord kinesitherapeut behoort tot de standaardtaal in België, in Nederland gebruiken we de term fysiotherapeut.
- Nico De Braeckeleer is geboren in 1974. Hij is een scenarist en auteur uit België. Nico is scenarioschrijver, bedacht een concept voor een televisiereeks en er regelmatig verschijnen er korte verhalen, romans, jeugd- en kinderboeken van zijn hand. Hij werkt bij Studio 100, hier schrijft hij vooral scenario’s en samen met Gert Verhulst schreef hij het scenario voor de film: K3 Bengeltjes.
Over de illustrator, Maaike Devos
Maaike Devos tekent al enige jaren de illustraties voor cursussen Nederlands voor anderstaligen. Ze vindt het leuk om humor te gebruiken in haar illustraties. Sinds 2007 maakt Maaike tekeningen voor Abimo Uitgeverij. Ze tekent meestal met potlood, pen en aquarel, daarna bewerkt ze de tekeningen digitaal.
De opzet van het boek
Het boek bestaat uit een voorwoord en een inleiding. Daarna volgen er zeven hoofdstukken en tot slot een slotwoord, een kruiswoordenraadsel en een boodschap voor ouders, leerkrachten en hulpverleners.
De hoofdstukken
Hoofdstuk 1: Over DCD
- Wat is DCD?
- Wat betekent het woordje ‘ontwikkeling’ in coordinatieontwikkelingsstoornis?
- Wat betekent het woordje ‘stoornis’?
- Bij wie komt DCD voor?
- Hoe komt het dat je DCD hebt?
- Hoe kun je merken dat je DCD hebt?
- Verbale ontwikkelingsdyspraxie
- De DCD –stamboom
- Wat zijn mijn DCD-kenmerken?
- Mopje
- Quiz
Hoofdstuk 2: Wat denk en voel ik bij het hebben van DCD?
- Hoe voel je je daarbij?
- Volhouden!
- Hoe denken grote mensen?
- Beter langzaam en goed, dan snel en fout!
- Ben je soms bang in de klas?
- Word je gepest?
- Mopje
Hoofdstuk 3: Hulp zoeken
Quiz
Hoofdstuk 4: Hoe met DCD omgaan op school?
- Vertel ik het aan het aan mijn klasgenoten?
- STICORDI-maatregelen
- Maatregelen op de juiste maat
- De stap naar het secundair (voortgezet) onderwijs
- Mopje
Hoofdstuk 5: Hoe ga je thuis om met DCD?
- Krijg ik wat meer tijd dan mijn broer en/of zus?
- Beleefd blijven en niet huilen of schreeuwen!
- Zorg voor een goede verstandhouding met je ouders, broers en zussen
- STICORDI voor thuis: lopen, traplopen, fietsen, zelfzorgtaken, handvaardigheid, gezelschapsspelen, sportspelen, hobby’s en vrienden maken, orde en opruimen, plannen en organiseren
- Mopje
Hoofdstuk 6: Verhaal van een kind
Hoofdstuk 7: Websites
Een fragment
De meeste kinderen hebben geen problemen met het inschenken van een beker melk. Het gaat zelfs heel vlot. Ze hoeven er niet veel bij na te denken. Het gaat bijna vanzelf. Maar er zijn kinderen (en ook grote mensen) waarbij het inschenken van melk in een beker moeilijk verloopt. Ze hebben er moeite mee om dingen vlot uit te voeren die te maken hebben met vastpakken en bewegen. Ook bijvoorbeeld springen, hardlopen, fietsen, zwemmen en (later) autorijden gaan niet vanzelf. Als ook jij met deze dingen moeite hebt, dan is de kans groot dat je DCD hebt, ook wel coördinatieontwikkelingsstoornis genaamd.
De DCD Survivalgids
Deze survivalgids zal kinderen met DCD en hun begeleiders veel steun geven. Je krijgt als lezer de informatie in verschillende vormen: feitelijke informatie, ervaringsverhalen, maar ook moppen en vooral veel tips. Een kind zou dit boekje ook heel goed voor een spreekbeurt kunnen gebruiken over DCD. Er zijn best veel kinderen met DCD maar buitenstaanders weten er vaak niet veel over, terwijl dat erg belangrijk is. Fijn dat er aan het einde van het boek een hoofdstuk is toegevoegd voor ouders, leerkrachten en hulpverleners.