recensieBoekrecensie: Naar de tandarts
De Ruiter’s Documentatiecentrum bestaat uit vier reeksen informatieve boekjes voor alle groepen van het basisonderwijs. Het boek Naar de tandarts valt onder De kijkdoos, bestemd voor kinderen van groep 1 tot groep 4. Twee keer per jaar gaan de meeste mensen naar de tandarts. Niet omdat er iets mis is, maar voor controle.
De Ruiter’s Documentatiecentrum
- De kijkdoos: groep 1 tot groep 4
- Mini informatie: groep 3 tot groep 5
- Junior informatie: groep 5 tot groep 7
- Informatie: groep 7 en groep 8
Gegevens van het boek
- Titel: Naar de tandarts
- Tekst: Isabelle de Ridder
- Redactie: Marian van Gog en Isabelle de Ridder
- Tekeningen: Anky Spoelstra
- Foto’s: Peter Smith Fotografie
- Uitgeverij: Noordhoff Uitgevers bv, Groningen/Houten
- Jaar: 2011
- Pagina’s: 23
- ISBN: 978 90 01 78974 9
- Genre: kinderboek, prentenboek, educatief
- Prijs: rond de 12 euro
Isabelle de Ridder, schrijver
De Ridder Taalwerk is het bedrijf van Isabelle de Ridder. Werkzaamheden: ontwikkelen en schrijven van educatief materiaal, tekstschrijven en projectcoördinatie en redactiewerkzaamheden. De opleidingen die de schrijfster heeft gevolgd: de verkorte lerarenopleiding basisonderwijs aan de Hogeschool Rotterdam & Omstreken en een opleiding aan de Rijksuniversiteit Utrecht: Nederlandse taal en letterkunde met specialisatie kunstbeleid- en management.
De opbouw van het boek
Het boek bestaat uit elf hoofdstukken:
- Kijk eens: een kijkplaat, je ziet een tandartspraktijk waar van alles gebeurt
- Tandenpoetsen
- Wachten
- De stoel
- Hulp
- Nakijken
- Schone tanden
- Sterke tanden
- Een gaatje
- Klaar
- Belangrijke woorden: de volgende woorden worden uitgelegd: poetsen, het gebit, het mondkapje, de assistente, het gaatje, de vulling, spoelen en de afspraak.
De tekst
Ieder hoofdstuk/onderwerp beslaat twee, naast elkaar liggende, pagina’s. Op de linkerpagina een gekleurd kader (de kleur wisselt) waarin in grote witte letters de naam/onderwerp van het hoofdstuk staat. Daaronder in een kader in dezelfde kleur maar dan wat lichter en de tekst in zwarte letters vier korte zinnen die gaan over het onderwerp. Leuk om te laten lezen door het kind zelf als het al een beetje lezen kan. De zinnen beginnen met een kleine letter, ook de naam van het jongetje (Jur) start met een kleine letter. Op de rechterpagina staat telkens een langere tekst, meer dan tien regels. Dit is tekst om voor te laten lezen door een volwassene. De zinnen zijn niet lang, maar de woorden die gebruikt worden zijn iets moeilijker dan op de linkerpagina. Deze zinnen beginnen wel met een hoofdletter. De tekst op de rechterpagina staat in het zwart gedrukt op een helderwitte achtergrond.
Twee fragmenten
Fragment van een linkerpagina:
schone tanden
jur kijkt in de spiegel.
de tandarts wijst.
hij zegt:
jij poetst goed, jur!
Fragment van een rechterpagina:
Jur poetst twee keer per dag.
Want hij wil liever geen gaatjes.
Als je niet goed poetst,
blijven er restjes eten tussen je tanden zitten.
Die restjes maken de buitenkant
van je tanden en kiezen kapot.
Er komen kleine bruine vlekjes.
Dat worden gaatjes.
Gaatjes zijn niet mooi en ze doen pijn.
De tandarts kan een gaatje vullen.
Maar het is beter om ze niet te krijgen.
Goed poetsen dus!
De illustraties: tekeningen en foto’s
In dit boek vind je veel foto’s, ook op de voorkant van het boek een foto. Je ziet een jongetje zittend in een tandartsstoel, zijn gebit wordt bekeken door de tandarts. Dat dit boekje over de tandarts gaat is direct duidelijk, het jongetje zit er duidelijk ontspannen uit. Voordat het verhaal begint vind je een grappige tekening. Een volwassene wordt met een zaklantaarn beschenen en zijn mond wordt bekeken door twee kinderen. Ze hebben mondkapjes voor en kijken met een spiegeltje naar tanden en kiezen. Het jongetje heeft een speelgoedboor in zijn handen. De kijkplaat in het begin van het boek is erg leuk om samen met een kind te bekijken. Je ziet de behandelkamer, maar ook de wachtkamer komt in beeld. Daarna begint de tekst en vind je op iedere linkerpagina een foto.
Deze foto’s laten duidelijk zien wat er bij een tandarts gebeurt en wat je er zal zien. Op iedere linkerpagina vind je naast de tekst een heel klein vierkant tekeningetje van iets wat bij het hoofdstuk past. Bijvoorbeeld bij het hoofdstukje Tandenpoetsen zie je een afbeelding van een tandenborstel. Op ieder rechterpagina vind je een tekening. Alle situaties zijn herkenbaar, zo krijgt Jur bijvoorbeeld een kleine beloning bij de tandarts (een minitube tandpasta) en zijn vader maakt een nieuwe afspraak. Maar ook vier tekeningen die stap voor stap laten zien hoe een gaatje gevuld wordt. Bij de tekeningen staan soms woorden die extra uitleg geven over wat je ziet, bijvoorbeeld bij een gebitje wat bestemd is voor fluoride. Bij het onderdeel Belangrijke woorden vind je kleine plaatjes in kleur met uitleg.
Mijn mening
Mijn oudste is nooit bang geweest voor de tandarts, mijn jongste wel. Hij ging dan ook naar een speciale kindertandarts en nu vindt hij het zelfs leuk om te gaan. Goede uitleg is eigenlijk het sleutelwoord, de tandarts legt exact uit wat er gaat gebeuren. In tegenstelling tot Jur die met andere gezinsleden de behandelkamer ingaat, gaat mijn zoon alleen naar binnen. Eerst was ik daar huiverig over, maar het werkt erg goed. Wel krijg ik daarna natuurlijk alle informatie over de behandeling. Jur is niet bang voor de tandarts dat kun je halen uit de tekst maar ook uit de foto’s. Ook op de tekeningen een vrolijk beeld. Een gaatje vullen is niet leuk maar in het verhaal is het de vader van Jur die een gaatje heeft en niet Jur zelf. Jur mag kijken hoe het vullen in zijn werk gaat en op de tekeningetjes op de rechterpagina wordt het duidelijk stap voor stap uitgelegd. Je ziet welke instrumenten de tandarts gebruikt maar niet op een enge manier. Mijn zoon herkende de instrumenten.
Leuk dat beginnende lezertjes zelf ook wat kunnen doen met de tekst in het boek. Het gaat dan om de titel van het hoofdstuk en de vier korte zinnen op de linkerpagina. Geen hoofdletters in deze zinnen. Zelf vind ik de zinnen op de rechterpagina fijn om voor te lezen, ook korte zinnen en geen moeilijke woorden voor mijn zoon van zes. Mijn oudste zoon kijkt ook mee tijdens het voorlezen, hij herkent het gebitje voor fluoride. Mies de zus van Jur moet dit gebitje vijf minuten in haar mond houden, fluoride beschermt het gebit tegen gaatjes. Ik vind het boek een aanrader, een kind weet na het voorlezen van dit boek en het bekijken van foto’s en tekeningen wat het van een bezoek aan de tandarts kan verwachten!