recensie“Een stukje hemel” Oorlog gezien door kinderogen
In 1964 verscheen “A square of Sky”, Jeugdherinneringen uit de 2e wereldoorlog van de Pools Joodse Janina David. Joden worden in de periode 1939-1943 door allerlei maatregelen steeds meer in het nauw gedreven en gedwongen zich in bepaalde stadsdelen van Warschau te vestigen. Er ontstaat een door muren afgesloten getto. De gruwelen die daar dagelijks plaatsvinden en de aanhoudende strijd om te overleven beschrijft David door de ogen van het kind, dat zij toen was.
Het boek “Een stukje hemel”
In 1964 verscheen het boek “A square of Sky”. Janina Dawidowicz (pseudoniem David) beschrijft hierin haar jeugdherinneringen uit de periode 1939, het begin van de oorlog tot aan 1943 haar redding uit het getto van Warschau. Het boek werd in het Nederlands vertaald door Henk de Rijk. Het kreeg de titel “Een stukje hemel”, Jeugdherinneringen uit de 2e wereldoorlog.
1939
Het is 1939. Janina, geboren in 1930 is negen jaar oud en enig kind. Sinds de familiemolen in vlammen is opgegaan, gaat het de familie financieel niet zo goed. Daarom is Janina deze zomer alleen met Stefa, haar kindermeisje op vakantie op het platteland van Kreuzwege. In het weekend komen haar ouders om naar haar welzijn te informeren. Er wordt op gelet, dat ze genoeg eet. Janina gruwt van de griesmeelpap, die ze dagelijks naar binnen moet werken.
Oorlog
Aan de vakantie komt abrupt een einde wanneer de oorlog uit breekt. Janina’s vader wil zijn steentje bijdragen in het leger, maar hij wordt vanwege zijn slechte longen niet aangenomen. Later is hij alsnog een tijd buiten beeld, wanneer hij uit handen van de vijand probeert te blijven.
Vertrek naar Warschau
Op de vlucht voor de luchtaanvallen reist de familie naar Warschau, waar ook de grootouders en de zus van haar vader, tante Marysia wonen. Het gezin betrekt een kamer bij tante Marysia en haar zoontje Sigi, maar de vrouwen kunnen niet met elkaar opschieten. Door de vele bombardementen vlucht het gezin nu naar de grootouders van Janina. De situatie wordt steeds benauwder. Dan valt Warschau. De bevolking, met name de Joden zijn overgeleverd aan de grillen van de bezetter.
Isolatie, uitsluiting en gettovorming
Joden worden meer en meer uitgesloten van openbare plaatsen, scholen, vervoer, uitgaansgelegenheden en functies. Ze worden meer en meer geïsoleerd van het gewone leven. Langzamerhand worden ze naar bepaalde stadsdelen verdreven en begint er zich een getto te vormen, die later door metershoge muren bedekt met glasscherven wordt afgeschermd van de rest van de stad.
Razzia’s en deportaties
Marek, Janina’s vader keert terug en gaat als politieman aan het werk. Hierdoor blijft zijn gezin lange tijd voor deportatie gespaard. Ontelbare keren moet de familie op zoek naar nieuwe woonruimte die zij met steeds meer mensen moeten delen. Ziekte (tyfus) en honger beginnen hun tol te eisen. Razzia’s moordpartijen en deportaties zorgen er voor, dat het getto steeds andere vormen aanneemt.
Selecties
In het getto vinden regelmatig grote selecties plaats. Wie in het getto mag blijven krijgt een nummer. Politieagenten, arbeiders uit de Duitse fabrieken en anderen die voor het functioneren van de gemeenschap van belang zijn, ontkomen op die manier aan deportatie. Vader Marek probeert vanuit zijn functie als politieman ook vrijstellingen te regelen voor zijn schoonouders. Hij geeft ze op als zijn eigen ouders. Alles lijkt in orde, maar tijdens de selectie is het erg druk en chaotisch op het plein. De ene na de andere naam wordt opgeroepen. Als grootvader aan de beurt is, blijkt zijn naam te zijn doorgestreept. Een ander is er met zijn naam vandoor gegaan. Protesteren heeft geen enkele zin. De selectie gaat onverminderd door.
“… Ik kon grootvader nu niet meer achter me zien, maar nog altijd hield hij mijn hand vast, en opeens voelde ik zijn lippen in mijn handpalm. Het volgende ogenblik was mijn hand vrij. Ik rekte mijn hals en riep hem, maar de wervelende menigte had hem al opgeslokt. De hele dag hield ik mijn hand gesloten, en bewaakte zijn kus als een schat, maar ik kon er niets van tegen mijn ouders zeggen….”.
Opstand in het getto
Wanneer de laatste Joden in het getto in opstand komen en terug gaan vechten, wordt Janina uit het getto gesmokkeld met hulp van een kennis uit hun oude stad, de van oorsprong Duitse Erich en zijn Poolse vrouw Lydia. Zij hebben twee zoontjes Paul en Tomek. Het is 1943. Janina staat er nu, zonder haar familie, alleen voor.
Recensie
Het is een erg aangrijpend boek, niet alleen vanwege de beschreven gruwelijkheden, maar ook en juist omdat het vanuit een kind wordt beschreven. De schrijfster hield net als Anne Frank een dagboek bij tijdens de oorlogsjaren. Dit boek mocht nooit in verkeerde handen komen. Het ligt voor de hand, dat dit dagboek mede ten grondslag ligt aan het boek. Zij schrijft als volwassene over de belevenissen zoals zij die als kind heeft meegemaakt, gezien vanuit haar kinderogen. Juist dat maakt dit boek, het eerste uit een serie van drie tot een bijzonderheid. De latere delen maken duidelijk, dat Janina weliswaar de oorlog overleeft, maar dat daarmee haar strijd om het bestaan niet over is. De boeken moeten niet worden gezien als jeugdliteratuur. Janina David heeft haar levensverhaal echter niet voor niets vastgelegd. De wereld moet weten wat er zich in die jaren heeft afgespeeld.