recensieLangs 's Herens wegen en de Bosrank
Geen bijbels boek, maar wel een spiritueel boek over wilde planten, over onkruiden en dan nog geschreven door een auteur met een opwekkende naam Kwinkelenberg. Weer geen nieuw boek want geschreven en gepubliceerd in 1979. Bij God dus al 40 jaar geleden! Maar wel een boek naar mijn hart. Goed en vlot geschreven en toch niet oppervlakkig. Over het belang van onkruiden, hun relatie met de mensen en hun voorkomen in een cultuur met grote K. Planten in gedichten, op schilderijen en in de literatuur.
Veel van de planten waar Kwinkelenberg het voor opneemt, gaan door voor onaanzienlijk, lelijk, armoedig. Ze groeien in leefgemeenschappen die meestal niet hoog staan aangeschreven. Het stemt ons welgemoed, dat wij in elk geval niet de eersten zijn die ze opmerken. Door alle tijden heen is er verwondering geweest over hun groei en bloei, over hun levenskracht en standvastigheid. De ruim honderd planten die in dit boek zijn opgenomen zijn dus geen zeldzaamheden, maar wel planten die zich in de omgeving van de mens het best thuis voelen. En er is juist, al is het dikwijls onbewust, een nauwe band tussen deze planten en de mens.
Dit en nog meer heeft de schrijver ertoe aangezet, om uitstapjes te maken buiten het werkterrein van de bioloog. Er werd gesnuffeld in oude en nieuwe boeken, schilderijen werden botanisch geïnventariseerd, wandtapijten en prenten eveneens; gelezen werd er in gedichten, recepten en wetenschappelijke verhandelingen. En dit alles om na te gaan op welke wilde planten van oudsher is gelet en waarom ze speciale aandacht kregen.
De opgenomen cultuurvolgende planten treden op in vijf hoofdstukken, ieder in hun eigen decor of biotoop zoals de ecoloog dat noemt: Hagen en ruigten, De zelfkant, Bermen, Weide en slootkant en Akkers. Daarbij worden telkens behalve botanische bijzonderheden ook gegevens vermeld uit de wereld van de medicijnen, de folklore, de symboliek, de letterkunde en de beeldende kunst.
Een kader waarbinnen al die afzonderlijke feiten samenhang kunnen krijgen, wordt besproken in het eerste hoofdstuk. Dit bestaat dan ook uit een algemeen botanisch gedeelte en verder uit de onderdelen Plant en medicijn, Plant en folklore, Plant en symbool en Plant en auteur.
Een vijftal grafici: Fred Couprie, Dirk van Gelder, Han van Hagen, Simon Koene en Willem Minderman zorgden voor extra kunstzinnige ondersteuning met ruige en subtiele tekeningen van onze meest gewone onkruiden. Het uitzonderlijke van het alledaagse.
Een voorbeeld: Over Bosrank oftewel Clematis vitalba
De wilde Clematis of Bosrank houdt ons nog steeds in de greep van klimmen en winden, hechten en hangen. '
De heete en scherpe smaak van de Clematis toont zijn warme kracht. Het wordt gebruikt tot de ringen om de uitgezakte Lijfmoeder (baarmoeder) in te houden. De Bloemen, Zaaden, Schors en Wortel hebben een brandende kracht.' Dit en nog veel meer, o.a. dat de plant melaatsen geneest, wordt meegedeeld over onze mooiste en hoogst klimmende liaan, de Bosrank, vroeger Vinkoorde genoemd.
In Limburg, Voerstreek en de Ardennen is zij heel gewoon, elders zeldzaam. Heel wat mensen hebben haar in hun tuin gezet en genieten elk jaar van de vitaliteit waarmee zij de boom die haar mag dragen, bespringt, omhangt, overwoekert. Naar alle kanten graaien de lenige stengels en spreidt zij haar bladparen uit. Niemand gelooft je als je zegt dat het een Ranonkel, dus een omgebouwde Boterbloem is. Een overdaad aan groenig-witte bloemsterren bloeit de hele zomer door. Ze laten een knoedeltje vruchten na, die een lange dunne snavel dragen, bezet met lange zijdeachtige haren. Die zijn tot voorbij de winter zichtbaar. De Britten noemen ze O ld man's beard (oude-mannenbaard) en de hele plant Traveller's joy (reizigersvreugd). De oude Gilbert White schreef in november 1788 in zijn dagboek, hoe de grauwe dotten Clematispluis als insecten in een storm door de lucht vlogen. Aan de liaan nog vastgehecht behoren Clematisvruchten met bedauwde spinnewebben vooral als ze berijpt zijn tot de meest fotogenieke zaken in de natuur.
Onze wilde Clematis wordt nu niet meer in de tuin aangeplant, hij is vervangen door de vele mooie, maar toch ook protserige siersoorten en ja, het ook niet aan te raden om deze sterk woekerende liaan zomaar op onze mini-tuintjes los te laten. Alhoewel ik zelf niks mooier en romantischer vind dan zo een oerwoudje direct bij de hand.
Info
Enkele planten die besproken worden in het hoofdstuk over
- Hagen en ruigten: Look zonder Look, Kleefkruid, Fluitekruid, Heggerank, Braam
- Planten van de zelfkant: Klein Hoefblad, Zwarte nachtschade, Bilzekruid (zeldzaam), Duivekervel
- Bermen: Duizendblad, Morgenster, wilde cichorei, klavers, sint Janskruid
- Akkers: Klaprozen, Korenbloemen, Viooltjes, Knopkruid
Kwinkelenberg Ton. Langs 's heren wegen. Geïllustreerd 160 pag.. Uitgeverij Het Spectrum. Utrecht/ Antwerpen. Dit boek is alleen nog tweedehands te verkrijgen oa bij http://www.antiqbook.nl/