recensieBoekrecensie: De bibliothecaresse van Auschwitz
Over Auschwitz zijn al heel wat boeken geschreven. Je zou dus kunnen denken dat "De bibliothecaresse van Auschwitz" van de Spaanse Antonio Iturbe nog maar eens dezelfde gruwelverhalen uit de doeken doet. Niets is minder waar. In dit boek wordt een tamelijk onbekend aspect van Auschwitz belicht: het kinderkamp in barak 31 met zijn geheime schooltje. Een schooltje met verboden en levende boeken. Boeken die verzorgd en beheerd worden door een jong meisje: Dita.
De bibliothecaresse van Auschwitz: het verhaal
Opgepast: deze samenvatting bevat teasers.
Edita Adlerova (roepnaam Dita) is een jong Joods meisje uit Praag dat via Theresienstadt terechtkomt in Auschwitz. Door een gelukkig toeval wordt ze ingedeeld in het familiekamp. In het kinderkamp, opgericht door Fredy Hirsch in barak 31, worden de kinderen bezig gehouden met zang, dans en tekenen terwijl hun ouders werken. Tenminste, dat denken de Duitsers. In werkelijkheid is hier een clandestien schooltje. Kinderen krijgen hier onderricht met behulp van echte en levende boeken. De levende boeken zijn leraars die verhalen vertellen. Dita wordt door de kampoverste, Fredy Hirsch, aangesteld als bibliothecaresse. Een niet ongevaarlijke job. Boeken worden beschouwd als gevaarlijk en dus verboden door de nazi's. Dita moet dus erg op haar hoede zijn wanneer ze de boeken 's morgens verdeelt over de leraars en wanneer ze ze 's avonds weer ophaalt en verbergt in een geheim vakje.
Tijdens een van de inspecties maakt ze van dichtbij kennis met Dr. Mengele. Voor een groot deel van haar verblijf in Auschwitz zal ze een hevige schrik voor hem voelen, omdat ze denkt dat hij haar in de gaten houdt. De boeken halen kinderen en ouderen even uit de realiteit en geven hen de moed om verder te gaan in deze harde omgeving. Het geeft hen ook hoop op de toekomst. Wat ze hier leren, zullen ze later kunnen gebruiken, wanneer ze uit de hel zijn. Deze redenen zijn ook de drijfveer voor de moed waarmee Dita haar boeken beschermd en verzorgd. Wanneer het septembertransport wordt weggevoerd en Fredy Hirsch zelfmoord pleegt, breekt er even iets in Dita. Hij had haar immers geleerd nooit op te geven. Maar was de dood van Fredy Hirsch wel een zelfmoord? Deze vraag zal Dita de rest van haar verblijf in Auschwitz bezighouden en kwellen.
Ook de vraag waarom de mensen van het kinderkamp gespaard blijven van vernederingen en dood, houdt vele mensen in Auschwitz bezig. Eind
1944 krijgen ze een antwoord op hun vraag. Dit kinderkamp werd in het leven geroepen om een goede indruk te maken op het Rode Kruis wanneer ze Auschwitz zouden komen bezoeken. Maar het bezoek komt er niet en dus wordt het kinderkamp uiteindelijk opgedoekt. De bezoekers van het kinderkamp worden in twee groepen ingedeeld: enerzijds diegenen die ziek en zwak zijn en dus zullen worden gedood en anderzijds diegenen die nog kunnen werken. Deze laatsten worden verplaatst naar Bergen Belsen, met een tussenstop in Hamburg. Dita zal levend uit de oorlog komen wanneer het kamp van Bergen-Belsen in 1945 bevrijd wordt.
Het boek
Het boek is gebaseerd op een waar gebeurd verhaal. Van in het begin weet je dat Dita het zal halen. Op de achterkant van het boek staat een foto van Dita toen ze jong was en van Dita in 2007. Schrijver Antonio Iturbe wilde met dit boek een tamelijk onbekend facet van Auschwitz belichten. Weinig mensen weten dat er in Auschwitz een kinderkamp aanwezig was en dat er in dit kinderkamp onderwijs werd gegeven, onder andere door middel van boeken. Antonio Iturbe haalde zijn inspiratie uit een boek dat de Argentijn Alberto Manguel in 2007 schreef: "La biblioteca de noche" (In het Nederlands vertaald als "Bibliotheek bij nacht"). Omdat hij er meer over wilde weten, zocht hij de echte Dita op. Hij vond haar na enig zoekwerk via internet, toen hij het boek van ene Ota Kraus wou bestellen. Ota Kraus is niemand minder dan de Ota Keller uit het verhaal. Dita heet met haar echte achternaam Dorachova (zie achterflap boek) of Polachova (blz. 399 in het boek), met de naam van haar man dus Kraus. Na vele gesprekken met haar, schreef hij het boek "De bibliothecaresse van Auschwitz", in het Spaans "La bibliotecaria de Auschwitz". Het boek wil vooral de sfeer en de gebeurtenissen van het familiekamp weergeven. Boeken en passages uit boeken, alsook beschouwingen over boeken spelen een grote rol in het verhaal. Niet alle feiten in het boek zijn echt. De lacunes uit de geschiedenis werden opgevuld met fictie.
Technische gegevens van het boek
- Auteur: Antonio Iturbe
- Oorspronkelijke titel: La bibliotecaria de Auschwitz
- Nederlandse titel: De bibliothecaresse van Auschwitz
- Nederlandse Vertaling: Joke Mayer
- Datum van uitgave Spanje: 2012
- Spaanse uitgeverij: Editorial Planeta SA, Barcelona
- Datum Nederlandse uitgave: 2013
- Nederlandse uitgeverij: Meulenhoff Boekerij bv, Amsterdam
- ISBN: 978-90-225-6643-5
De auteur
Antonio G. Iturbe is een Spaanse journalist, geboren in 1967 in Zaragoza en opgegroeid in Barcelona. Hij is eveneens cultuurredacteur voor verschillende kranten en tijdschriften, waaronder het tijdschrift "Qué Leer". Antonio Iturbe schreef verschillende romans, zowel voor kinderen als voor volwassenen.
Eigen Mening over het boek
Het boek pakt vanaf de eerste bladzijde. Het is misschien niet spectaculair en vertelt niet in detail al de gruwelen van het kamp. Neen, het boek voert je mee naar de alledaagse hel van Auschwitz. Vernederingen, vuil, verraad, achterdocht, wantrouwen, honger, pijn, verdriet, boosheid, vriendschap, liefde, alles komt aan bod. Met één lichtpuntje doorheen het hele boek: de acht boeken van het kinderkamp en de verhalen van de levende boeken. Een manier om even te kunnen ontsnappen uit de gruwel. Voor iedere liefhebber van boeken is dit verhaal heel herkenbaar. De moed van de jonge bibliothecaresse grijpt je naar de keel en leidt je doorheen het boek. Het is verder ook leerzaam. Je leert ook andere bekende figuren uit Auschwitz kennen. Zo bijvoorbeeld Dr. Mengele, Fredy Hirsch en Rudi Rosenberg.
Wat voor mij niet had gehoeven zijn de talrijke passages uit het boek "De lotgevallen van de brave soldaat Svejk" van Jaroslav Hasek. Persoonlijk vind ik die niet bepaald grappig, maar ze zijn wel functioneel. Ze troosten Dita na de dood van haar vader en geven de overgebleven kinderen na de eerste massamoord terug moed. Ook het stuk over Anne en Margot Frank in Bergen Belsen is er een beetje bij gesleurd en brengt niet veel op.
De bibliothecaresse van Auschwitz leest makkelijk en de Nederlandse vertaling is prima. Een uitstekend boek dus voor een boekbespreking voor school.
Waarom waren boeken verboden door de nazi's?
Het feit dat de nazi's boeken verboden en met alle macht probeerden te verbannen, werd al eerder in boekvorm gegoten. Zo is er onder andere
"De Boekendief" van Markus Zusak. In 2014 verscheen ook de film van dit boek onder de titel "The Book Thief". Maar waarom waren de nazi's zo bang voor boeken? Voor Wereldoorlog II werden in Berlijn en in meerdere andere Duitse steden boekverbrandingen gehouden. Alle boeken die niet aan de eisen van de Cultuurkamer voldeden, moesten er aan geloven. Dit waren onder andere boeken van Joodse auteurs en boeken die goeds schreven over andere rassen dan het blanke ras. In
Berlijn werd een monument opgericht ter nagedachtenis van de boekenverbranding. Het stelt een boekenkast zonder boeken voor, waar men langs boven kan in kijken.
Meer boeken over het familiekamp en barak 31
De man van Dita, Ota Kraus, schreef het boek "The Painted Wall" en Rudi Rosenberg schreef onder de naam Rudolf Vrba het boek "I Cannot Forgive", in het Frans vertaald als "Je me suis évadé d'Auschwitz" (verkrijgbaar bij de Editions J'ai Lu) en in het Nederlands verkrijgbaar onder de titel "Ik ontsnapte uit Auschwitz" (Kosmos Uitgevers Utrecht / Antwerpen).