recensieHemingway, A Farewell to Arms: Het antioorlogsverhaal
In 1929 schreef Hemingway zijn boek A Farewell to Arms een semi-autobiografisch boek over zijn belevenissen als Ambulance chauffeur in de Eerste Wereldoorlog. Een prachtig boek over liefde en over de ellende van een oorlog, maar vooral ook over gewone mensen die gedwongen worden te vechten ookal staat de oorlog hen tegen. Een pleidooi tegen oorlog, een antioorlogsverhaal van de zuiverste soort. Wat is het verschil tussen een oorlogsverhaal en een verhaal zoals dat van Hemingway? En hoe komt het antioorlogse karakter van het verhaal uit het boek naar voren?
Oorlogsverhalen en antioorlogsverhalen
Sinds mensenheugenis worden er verhalen geschreven over de oorlog. Opvallend is dat de personages in deze verhalen door de jaren heen veranderen. Ten tijden van de Klassieke Oudheid was oorlog een heldhaftige zaak en oorlogsverhalen gingen over de zoektocht naar militaire eer en moed. In een latere tijd realiseerde men zich dat er niets heldhaftigs is aan oorlog en zij begonnen antioorlogsverhalen te schrijven om te laten zien dat vechten eerder verschrikkelijk dan heldhaftig is. Deze antioorlogsverhalen beschrijven niet hoe heldhaftig de soldaten zijn, maar laten zien wat er echt gebeurt in zo’n oorlog. Een oorlog waarin normale mensen vechten, in plaats van helden, zoals vroeger gedacht werd.
A Farewell to Arms van Ernest Hemingway is zo’n antioorlogsverhaal. Hemingway schrijft over soldaten die gewond raken, die klagen, die opgeven en doodgaan. Zij hebben niets weg van de helden die beschreven worden in de oorlogsverhalen uit de Klassieke Oudheid.
A Farewell to Arms, een voorbeeld van een antioorlogsverhaal
Er is dus niets heldhaftigs aan de manier waarop Hemingway de oorlog in zijn boek presenteert. De hoofdpersoon, Frederik Henry vertelt over zijn tijd als ambulance chauffeur in de Eerste Wereld Oorlog. Tijdens het lezen kom je erachter dat Hemingway de oorlog gebruikt als een achtergrond waartegen zijn boek geschreven is, oorlog is niet het enige onderwerp in het boek, het liefdesverhaal van Henry en verpleegster Catherine speelt ook een grote rol. In oorlogsverhalen zul je veel lezen over het vechten op het slagveld. In de Illias van Homerus bevoorbeeld zijn de vechtscènes tot in de kleinste detail beschreven. In een antioorlogsverhaal is dit niet het geval, zo ook bij Hemingway. In het boek wordt nooit vertelt hoe een aanval precies verloopt, als lezers weten we alleen dat er een offensief zal plaatsvinden en dat de personages de ambulances klaar moeten maken. Het vechten wordt niet gezien als een moedige daad.
Oorlog en moed
Een tweede punt waarop Hemingway’s verhaal verschilt van de oude oorlogsverhalen en waardoor we het een antioorlogsverhaal kunnen noemen is de manier waarop moed gepresenteerd wordt in
A Farewell to Arms. In de Illias wordt een personage afgebeeld als een moedig persoon wanneer hij een tegenstander gedood heeft. In Hemingway’s
A Farewell to Arms worden heel andere zaken als moedig bestempeld. We zien soldaten die weglopen van de oorlog en deserteren, zij worden niet als lafaards afgeschilderd. Door de manier van schrijven begrijpt de lezer hun beslissing volkomen, oorlog is nu eenmaal iets verschrikkelijks, daar is niets moedigs aan. Hemingwat beschrijft de soldaten niet als krijgers die altijd moedig en klaar om te vechten zijn, Hemingway creëert in zijn boek mensen van vlees en bloed die bang zijn en wel moeten vechten, ookal hebben ze zo hun vraagtekens bij de oorlog:
‘Where’s Bonello?’ I asked.
Piani looked at me.
‘He went away Tenente,’he said. ‘He wanted to be a prisoner.’
I did not say anything.
‘You see we don’t believe in the war anyway, Tenente.’ (Hemmingway, 193).
Patriottisme
In veel verhalen zul je een hoog gehalte aan patriottisme vinden. Soldaten vinden het een eer om te vechten en zelfs om te sterven voor hun land. In antioorlogsverhalen wordt dit ook wel ‘the old lie’, de oude leugen, genoemd. Aan het begin van de oorlog zijn de soldaten opgewonden dat ze mogen gaan vechten, er staat eindelijk wat te gebeuren. Maar wanneer zij ontdekken hoe het er in een oorlog daadwerkelijk aan toe gaat zijn zij teleurgesteld, hun verwachtingen blijken niet juist te zijn.
In
A Farewell to Arms is weinig patriottisme te vinden, de soldaten willen liever dat de oorlog over is dan dat hun land wint. Er is een scene waarin het ambulancebroeder vraagt waarom ze zich niet gewoon overgeven. Een ander vertelt hem dat dat ook niet alles is waarna de eerste zegt dat alles beter zal zijn dan de oorlog.
Verhaallijn
De verhaallijn van
A Farewell to Arms laat zien hoe nutteloos oorlog is. Henry gaat terug naar het front om te vechten. Wanneer het leger zich terugtrekt wordt hij bijna vermoord, maar hij kan ontsnappen en doet er alles aan om zijn vrouw terug te vinden. Wanneer hij haar vindt bevalt zij van een zoon. De bevalling gaat fout en zowel zijn vrouw als zoon sterven. Henry blijft met lege handen achter. Hij heeft van alles meegemaakt om zijn vrouw Catherine terug te vinden en als hij haar dan eindelijk vindt sterft zij. Alles blijkt dus voor niets te zijn geweest, net als bij een oorlog.
Hemingways
A Farewell to Arms is dus een goed voorbeeld van een antioorlogsverhaal. Het boek pleit er niet voor dat een oorlog een heldhaftig iets is, waarbij mensen met heldenmoed het tegen elkaar opnemen, maar het geeft juist de ellende en het verdriet van de soldaten weer. Als zij al niet in de oorlog geloven, wie dan wel? Hemingway vertelt in zijn boek het verhaal van een echte oorlog, gevoerd door echte mensen die geen halfgoden zijn en die liever niet huis gaan in plaats van voor hun land te sterven.