Dr. Matthijs de Blois: 'Israël: een staat ter discussie?'

Israël: een staat ter discussie?
- Auteur: Dr. Matthijs de Blois
- Uitgeverij: Groen, Heerenveen
- Jaar: 2010
- ISBN 978 90 5829 970 3
- Pagina’s: 132
In vogelvlucht
- Juridische aspecten: De Blois bespreekt de onderbelichte juridische positie van Israël.
- Vergelijking: Israël wordt vergeleken met de historische behandeling van Joden, als permanent aangeklaagde natie.
- VN en kritiek: Israël krijgt disproportioneel negatieve aandacht van VN-organen en internationale specialisten.
- Ontstaansgeschiedenis: De Balfour Verklaring (1917) en het Mandaat van de Volkenbond (1922) erkenden Joodse politieke rechten en deze zijn juridisch nog steeds relevant.
- Zelfbeschikkingsrecht: Israël's bestaansrecht als Joodse en democratische staat wordt beschermd door internationaal recht.
- Grenzen: Wapenstilstandslijnen van 1949 waren niet bedoeld als internationale grenzen. Na 1967 verwierf Israël gebieden als reactie op Arabische agressie.
- 'Bezette gebieden': De term is onjuist; deze gebieden vallen binnen het oorspronkelijke Mandaatgebied.
- Nederzettingen: Joden hebben het volste recht zich te vestigen in Judea, Samaria en Oost-Jeruzalem.
- Zelfverdediging: Het Internationaal Gerechtshof erkent Israël's recht op zelfverdediging niet, wat inconsistent is met andere gevallen.
- Bedreigingen: Israël wordt bedreigd door omliggende landen en groeperingen en moet zijn burgers beschermen.
- Conclusie: Het boek biedt een onderbouwd tegengeluid en plaatst Israël's situatie en acties in perspectief.
Israël is de Jood onder de naties
De Blois gaat in het boek uitvoerig in op de juridische betekenis van Israël, welke in beschouwingen vaak ten onrechte onderbelicht blijft. In de inleiding van het boek stelt De Blois dat Israël zich vrijwel permanent in een denkbeeldige beklaagdenbank bevindt, vanwege vermeende schendingen van het internationaal recht. Hij haalt daarbij de woorden van Alan Dershowitz, hoofleraar aan Harvard, aan, die Israël de 'Jew among nations' heeft genoemd. De postitie van de staat Israël binnen de internationale samenleving is te vergelijken met die van de Jood in de meeste nationale samenlevingen gedurende vele eeuwen; Joden waren bij uitstek het voorwerp van verachting, discriminatie en vervolging. Kijk alleen maar naar de talrijke door VN-organen aanvaarde resoluties en de binnen deze organisatie gevoerde debatten, dan is te zien dat de (negatieve) aandacht ten aanzien dat kleine landje aan de Middellandse Zee buitenproportioneel is.¹Niet alleen de VN kenmerkt zich door anti-Israël sentimenten, ook zijn er specialisten op internationaalrechtelijk gebied die vooringenomen zijn en menen dat Israël behoort tot één de meest notoire schenders van het internationale recht ter wereld. De Blois noemt emeritus hoogleraar De Waart, die in een artikel ervoor pleit het gedrag van Isaël te laten toetsen aan het Genocide-verdrag en Nederland zou daartoe het initiatief moeten nemen (p.10). Hun visie wordt gedeeld door (ex-)politici zoals oud-premier Van Agt, activisten zoals Gretta Duisenberg en talrijke nationale en internationale NGO's. Het boek van De Blois biedt een goed gefundeerd en terecht tegengeluid.
Het recht op zelfbeschikking van het Joodse volk
De Blois betoogt dat voor het verkrijgen van inzicht in de huidige internationaalrechtelijke positie van Israël, kennis van de ontstaansgeschiedenis van dit land onontbeerlijk is. Hij staat uitvoerig stil bij de Balfour Verklaring (1917), waarin verwezen wordt naar het Joods nationaal tehuis. Deze verklaring is het juridische startpunt naar de vorming staat Israël. Essentieel is het Mandaat van de Volkenbond uit 1922. Dat Mandaat heeft een uniek karakter, aangezien het de politieke rechten van het Joodse volk erkent. De Blois neemt de stelling in dat het Mandaat ook heden ten dage juridisch relevant is. De onder het Mandatenstelsel verkregen rechten van het Joodse volk moeten - ook nu nog - gerespecteerd worden. Het Mandaat bood het kader van waaruit zich het zelfbeschikkingsrecht van het Joodse volk heeft kunnen ontwikkelen en fysiek gestalte kreeg in de vorming van de staat Israël. De Blois meent dat het bestaansrecht van Israël als Joodse en democratische staat door het internationaalrechtelijke zelfbeschikkingsrecht wordt beschermd (p.46).In hoofdstuk 4 gaat de universitair hoofddocent in op de grenzen van Israël, waar veel over te zeggen valt. De schrijver benadrukt dat de wapenstilstandslijnen van 1949 (na een oorlog die de Palestijnse Arabieren en omringende Arabische staten waren begonnen), blijkens de betreffende overeenkomsten nooit bedoeld zijn als internationale grenzen. Na de Zesdaags oorlog in 1967 breidde het gebied dat onder Israëlisch bestuur kwam, aanzienlijk uit. Deze gebieden - de Sinaï-woestijn, de Gazastrook, Judea en Samaria, inclusief Oost-Jeruzalem en de Golanhoogte - kreeg Israël in handen na een oorlog die feitelijk begon met een aanval van de Israëliërs, maar gezien kunnen worden als een gerechtvaardigde preventieve aanval (pre-emptive strike) tegen de agressie van de zijde van Egypte, Syrië en Jordanië. De vermaarde politicoloog en filosoof Michael Walzer schrijft over de Zesdaagse oorlog:
De Israëlische eerste aanval is mijns inziens een zuiver voorbeeld van een legitieme anticipatie. Dat houdt echter een belangrijke herziening in van het legalistisch paradigma. Het betekent immers niet alleen dat men kan concluderen dat er van agressie gesproken kan worden terwijl er geen militaire aanval of invasie plaatsvindt, maar ook terwijl er (waarschijnlijk) geen sprake is van de bedoeling zo'n aanval of invasie te lanceren. De algemene formule zou ongeveer zo kunnen luiden: een land mag militair geweld gebruiken als het geconfronteerd wordt met oorlogsdreiging, wanneer het een ernstig gevaar voor zijn territoriale integriteit of politieke onafhankelijkheid zou inhouden indien het dat niet doet.²
Bezette gebieden?
Sinds de gebieden in 1967 in handen van Israël vielen, worden ze door velen aangeduid als 'bezette gebieden'. Deze kwalificatie is volgens De Blois onjuist, omdat de term het Mandaat miskent, waarin sinds 1923 de vestiging van het Joods nationaal tehuis in het gehele gebied tussen de Middellandse Zee en de Jordaan voorziet. Overigens vóór 1923 ook ten oosten van de Jordaan, in wat nu Jordanië heet. De 'bezette gebieden' valt derhalve binnen het territorium van het mandaatgebied. Ipso facto maken deze gebieden daarom deel uit van de staat Israël. Een staat, zo benadrukt De Blois, welke het resultaat is van de uitoefening van het zelfbeschikkingsrecht door het Joodse volk. Bovendien vormen Judea en Samaria, inclusief Oost-Jeruzalem, het historische 'hart' van Eretz-Israël.De gebieden (waar de Israëlische regering overigens geen soevereiniteitsclaim heeft laten gelden uitgezonderd Oost-Jeruzalem), heeft Israël ingenomen van Egypte en Jordanië die het zonder rechtsgrond hadden ingenomen na een agressieoorlog. Deze gebieden behoorden dus niet tot het territoir van deze landen. De Blois beargumenteert dat de status van de in 1967 door Israël verworven gebieden open is en het daarom zuiverder is om te spreken van 'betwiste' of 'omstreden gebieden'. De uitkomst van onderhandelingen moet uitmaken aan wie de gebieden of delen daarvan toekomt. Een en ander conform resolutie 242 van de VN Veiligheidsraad, welke als uitgangspunt heeft dat Israëlische troepen zich moeten terugtrekken uit in het recente conflict 'bezette gebieden' (let op: de Engelse versie van de resolutie spreekt opzettelijk niet van 'de' of 'alle' gebieden!), waarbij tevens wordt gesproken over veilige en erkende grenzen (voor Israël). De geschiedenis heeft laten zien dat de wapenstilstandgrenzen uit 1949 niet konden gelden als 'veilige grenzen'. Overigens heeft Israël zich al uit het grootste gedeelte van de in 1967 veroverde gebieden teruggetrokken, toen het tussen 1979 en 1982 de Sinaï-woestijn ontruimde en in het kader van een vredesregeling teruggaf aan Egypte. En in 2005 heeft Israël de Gazastrook en kleine nederzettingen op de Westbank ontruimd.
Nederzettingen
Over de nederzettingen in de omstreden gebieden, zegt De Blois dat deze door de critici van Israël onterecht worden gezien als een ernstige inbreuk op het internationale recht en als een obstakel voor de vrede. De nederzettingen bevinden zich in het oorspronkelijke gebied van het Mandaat dat was aangewezen voor de vestiging van het Joods nationaal tehuis en de rechten van het Joodse volk onder het Mandaat zijn nooit komen te vervallen (p.59). Joden hebben het volste recht zich te vestigen in Judea, Samaria en Oost-Jeruzalem.Israël en het recht op zelfverdediging
Het belangrijkste gerechtelijke orgaan binnen de Verenigde Naties, het Internationaal Gerechtshof (IGH), heeft op 9 juli 2004 een zeer dubieuze uitspraak gedaan. Israël heeft een veiligheidsbarrière (deels muur, deels hek) gebouwd om zijn burgers te beschermen tegen de voortdurende aanslagen. Op grond van artikel 51 van het VN-handvest mag Israël zich verdedigen tegen gewapende aanvallen:Geen enkele bepaling van dit Handvest doet afbreuk aan het inherente recht tot individuele of collectieve zelfverdediging in geval van een gewapende aanval tegen een Lid van de Verenigde Naties, totdat de Veiligheidsraad de noodzakelijke maatregelen ter handhaving van de internationale vrede en veiligheid heeft genomen.
Het IGH erkent dit recht op zelfverdediging van Israël niet, omdat Israël niet claimt dat het gaat om aanvallen van een andere staat. De Blois merkt hierover verbaast op:
Je wrijft je de ogen uit als je dat leest. Het lijkt wel of het Hof niet in staat is een eenvoudige verdragsbepaling te lezen. Artikel 51 rept in het geheel niet over een staat als het gaat om de herkomst van een gewapende aanval tegen een lid van de VN. (p.89)
Bij de aanslagen op het World Trade Center men het Pentagon ging het evenmin om een aanval door een andere staat. Desalniettemin erkende het IHG wel het beroep van de VS op het recht van zelfverdediging ex. Artikel 51 VN-handvest. Het IHG meet overduidelijk met twee maten. Hiermee wordt aan Israël het recht ontzegd om de eigen burgers tegen geweld te beschermen, terwijl dat een fundamentele staatszaak is. Daar komt bij dat het Hof ernstig inconsistent is in haar benadering. De Blois haalt rechter Higgings aan die hier in haar Seperate Opinion op wijst:
Enerzijds ziet het in 'Palestina' (de Palestijnse entiteit) in voldoende mate een internationale actor om deel te nemen aan het schriftelijke en mondelinge gedeelte van de procedure bij het Hof (iets dat blijkens het Statuut is voorbehouden aan staten en internationale organisaties). Anderzijds kan het blijkbaar niet in voldoende mate als een internationale actor gelden van waaruit aanvallen gedaan kunnen worden tegen een staat die zich daartegenover op zijn recht op zelfverdediging kan beroepen. (p91)
De Blois laat ons duidelijk zien dat Israël een staat in oorlog is. Het wordt van alle kanten bedreigd door landen en islamitisch-fundamentalistische groeperingen die het bestaansrecht van de enigste democratische staat in het Midden-Oosten niet erkennen. En vanuit de Gazastrook wordt het voortdurend beschoten met raketten. Israël moet acties ondernemen om zijn burgers te beschermen tegen aanvallen van buitenaf. Dat is Israëls recht én plicht.
Tot slot
In het meestal verhitte debat over het conflict tussen Israël en de Palestijnen, speelt het internationale recht een belangrijke rol. Het boek van De Blois voorziet in de benodigde informatie over dit onderwerp. Het is goed onderbouwd en gemakkelijk leesbaar. Het boek draagt eraan bij om de situatie en acties van Israël in het juiste perspectief te plaatsen.Noten
[OLIST]Lees in dit verband ook: Alfred Muller: Israël verenigt de naties, Medema, Vaassen, 2003.
Michael Walzer: Rechtvaardige en onrechtvaardige oorlogen - Een ethische beschouwing met historische illustraties, Atlas, Amsterdam/Antwerpen, 2006, p.141.[/OLIST]
Lees verder
- Ontstaan + oorzaken Palestijnse vluchtelingen probleem
- Bergen van Israël, Westelijke Jordaanoever hoort bij Israël
- Israël en de Palestijnen: ideologische achtergronden (islam)
Warning: Undefined array key 29871 in /data/sites/web/interatenl/subsites/infonu.nl/include/article.php on line 202
Warning: Undefined array key 29973 in /data/sites/web/interatenl/subsites/infonu.nl/include/article.php on line 202