recensieBoekrecensie: En God sprak tot Noach en zijn zonen Zuidema
In 1991 verscheen het boek 'En God sprak tot Noach en zijn zonen een Joodse code voor niet-Joden?' van Dr. Willem Zuidema en Dr. Jos op 't Root. Het boek gaat over de noachidische geboden die bestemd zijn voor niet-Joden. De auteurs richten zich vooral op het christelijk publiek omdat voor steeds meer christenen de antwoorden die het christendom de afgelopen 2000 jaar heeft aangereikt onvoldoende blijken te zijn. Dit boek is een handreiking voor hen en andere niet-Joden.
Gegevens
- titel: En God sprak tot Noach en zijn zonen een Joodse code voor niet-Joden?
- Auteurs: Dr Willem Zuidema en Jos op 't Root
- jaar 1991
- uitgever: Ten have, Baarn
- ISBN: 90 259 4446 9
Inhoud van het boek 'En God sprak tot Noach en zijn zonen'
Veel christenen zijn zoekende. Ze weten niet goed wat ze met de (christelijke) ethiek aan moeten die enorm groot is en daar komt bij dat de 'ethieken' elkaar ook nog eens tegenspreken. Sommigen willen zichzelf niet meer als christenen beschouwen, terwijl anderen dat nog wel willen maar dat de kerk hen niets meer zegt.
Christenen zijn op 2 manieren op zoek naar verdieping:
- Ze zijn opzoek naar de Joodse wortels van het christendom vanuit christelijk perspectief bezien.
- Ze leren over de Joodse traditie en het Joodse gedachtegoed vanuit Joods perspectief bezien.
Is er een derde weg naast het Jodendom en het christendom? Vóór het begin van het christendom waren er niet-Joden die zich lieten leiden door de Joodse traditie zonder verder Joods te worden. Zij deden dit op grond van de noachidische geboden. Zelfs de eerste christenen uit de niet-Joodse wereld hielden zich aan deze geboden.
Het boek van Zuidema en Op 't Root vormt een handreiking voor denken en praten over de noachidische geboden. In hoeverre zouden de noachidische voorschriften bindend moeten zijn? Volgens veel christenen zijn ze juist bevrijd van de Wet door Christus, Maar, zo citeren Zuidema en Op 't Root een anekdote, Paulus bedoelde niet de Tora maar de Romeinse 'Lex'. Als je van de Tora een Romeinse 'Lex' maakt kan de Tora geen leven meer schenken en geen leven zijn. Tora Chajiem betekent 'De Tora geeft leven.'
[Auteur: Hier ben ik het niet mee eens voorzover mijn kennis van het NT reikt. Paulus bedoelde mijns inziens zeker de Tora, maar die was ook helemaal niet verplicht voor niet-Joden. De niet-Joden hoefden dus helemaal niet door Jezus bevrijd te worden van de Wet.]
De auteurs behandelen in het boek onderzoekingen van Flusser en Safrai die duidelijk maken dat in het oudste christendom voor niet-Joden gedacht is aan een soort 'noachidisch statuut'. De apostelconvent die voor Paulus gold als beleidslijn en de twee redacties in het boek Handelingen (15:28-29 en 21:25) zijn naar vorm en inhoud gelijk aan de noachidische voorschriften in een bepaalde fase van hun ontwikkeling. Dit komt overeen met het Jodendom dat toejuicht wanneer niet-Joden de noachidische geboden naleven en het Jodendom voor niet-Joden ontmoedigt.
Het boek behandelt de
7 hoofdvoorschriften die onderverdeeld kunnen worden naar detailvoorschriften. De Talmoed spreekt over 30 noachidische voorschriften die de jurisprudentiële uitwerking zijn van de 7 hoofdgeboden.
De auteurs besteden veel aandacht aan de Joodse halacha als regulering van gedrag en als intoming van menselijke overmoed. Volgens Zuidema en Op 't Root zou er ook een soort noachidische halacha moeten komen.
De noachidische geboden hebben een dubbele betekenis:
- Om grenzen te bepalen: de voorwaarden die het Jodendom stelt om een relatie aan te gaan met niet-Joden zonder daar verder zijn wil bij op te leggen omdat het Jodendom niet missionair is.
- Het ontdekken van de Joodse tradities voor een humanere samenleving waarbij afstand genomen wordt van de Griekse en Romeinse wortels. Zo kan men weer op het juiste spoor komen.
Tot slot nog een aantal conclusies die de auteurs trekken:
- De Joodse traditie is de traditie van het Jodendom en niet-Joden moeten dit respecteren en kunnen die niet annexeren.
- De noachidische geboden zijn een eigen code van de niet-Joden. Betekenis en diepte kunnen ze ontdekken in relatie met het Jodendom.
- De noachidische geboden kunnen door ALLE niet-Joden worden nageleefd.
- Bestudering van de noachidische voorschriften moeten tot naleving leiden en niets slechts voor het opdoen van kennis.
- Men mag niet zomaar dingen uit het Jodendom overnemen. Wel is het mogelijk lerend verdiepen.
Mijn mening
In dit fantastische boek dat veel inzicht geeft over hoe niet-Joden zouden moeten leven wordt de vraag in de titel 'een Joodse code voor niet-Joden?' negatief beantwoord. De noachidische voorschriften zijn van de niet-Joden en staan los van het Jodendom.
Aan de hand van de vijf laatste conclusies die de auteur hebben getrokken (zie hierboven) wil ik mijn mening vormen over het boek.
Jodendom is voor Joden
Al vaak heb ik in mijn artikelen over de verhouding Jodendom-christendom op de site van InfoNu aangegeven dat ik het niet juist acht wanneer christenen het christendom presenteren als een godsdienst met Joodse wortels. Ik deel de mening van Zuidema en Op 't Root dat niet-Joden c.q. christenen het Jodendom niet moeten gaan annexeren.
N.B. In dit verband is het ook goed om te weten dat het Noachidische gebod roof verbiedt. Zo melden de auteurs Zuidema en Op 't Root in hun boek dat christenen die de Hebreeuwse Bijbel het 'Oude Testament' noemen en dit annexeert als zijnde hun erfdeel terwijl het in werkelijkheid behoort tot het Joodse volk, dit volgens het Noachidische gebod ook als roof c.q. diefstal moet worden gezien en christenen dus in overtreding zijn!
Volgens mij kan het Jodendom op twee manieren bestudeerd worden:
- Ter verdieping van de noachidische geboden;
- als een aparte godsdienst die alleen voor Joden bedoeld is, maar wel een aantal universele waarden bezit die voor niet-Joden van belang zijn.
Christenen die proberen het Jodendom weg te kapen om te gebruiken voor het Nieuwe Testament en daarbij opzettelijk foutieve informatie verstrekken over het Jodendom behandelen de Joodse tradities zonder enig respect wat leidt tot onnodige fricties. Bovendien is, zoals al eerder gemeld, er sprake van diefstal en overtreden christenen hiermee dus het noachidische gebod.
Noachidische geboden alleen bestemd voor niet-Joden
Niet-Joden hoeven niet bang te zijn dat Joodse rabbijnen hen de les gaan lezen. Wel zorgt naleving van de noachidische geboden ervoor dat men het Jodendom beter verstaat en er een betere relatie kan ontstaan tussen niet-Joden en Joden.
Alle niet-Joden kunnen de noachidische geboden naleven
Er bestaat geen exclusiviteit voor naleving van de noachidische geboden. De geboden zijn van God afkomstig en gelden voor alle niet-Joden. Het is dus niet zo dat je er een betere christen of moslim van wordt, wel een beter mens.
naleving noachidische geboden
Het heeft weinig zin om slechts kennis te nemen van de geboden en verder te volstaan met geloof in God. Geloven in God is niet voldoende, het gaat om het dienen van God. Dit kan alleen door uitvoering van de noachidische voorschriften.
Geen plagiaat van het Jodendom
Het heeft geen zin om het Jodendom te imiteren. Het is zelfs verboden om bijvoorbeeld de Sjabbat en de Joodse feesten te vieren, tenzij je uitgenodigd wordt bij een Joodse familie als gast.
Slot
Het is een verhelderend boek geschikt voor alle niet-Joden die zich willen verdiepen in de noachidische geboden. Ook wordt aandacht besteed aan het Jodendom en in welke verhouding de noachidische voorschriften staan t.o.v. het Jodendom. Dit boek vormt een mooie inleiding tot verdere studie en verdieping.
Het zou mooi zijn als steeds meer mensen deze geboden na zouden leven. Het zou de wereld er een stuk beter opmaken. Het antisemitisme zou er door kunnen verdwijnen.